Het is als het ware een axioma geworden. Dan bedoelen we de opvatting, dat elke nieuwe generatie het materieel beter krijgt dan de vorige. En dat is ook tot op zekere hoogte zo in de meeste Westerse landen. En hetzelfde idee begint nu ook in veel Opkomende Landen post te vatten. Ook daar zien we dat de jongste generaties het beduidend beter hebben dan de oudste.
Maar de vraag is uiteraard, of deze schijnbare wetmatigheid ook in de toekomst blijft bestaan. Of zullen doemdenkers als Thomas Malthus en Karl Marx uiteindelijk toch het gelijk aan hun kant krijgen? Zullen toekomstige generaties zich met heel wat minder tevreden moeten stellen? Dat is beslist niet uit te sluiten, want de generaties van vandaag wachten enkele formidabele uitdagingen. De tragiek is, dat die vaak terug te voeren zijn op politiek falen en disfunctioneren.
Om maar eens wat te noemen. Sommige problemen winnen sluipenderwijs aan kracht en omvang zonder dat beleidsmakers er naar omkijken en oog hebben voor de consequenties. Neem nu het milieu. Wanneer recht op zaken als water en schone lucht slecht geregeld zijn, dan moet juist de overheid voor regelgeving zorgen. Waar dat niet gebeurd is, daar zullen op korte termijn grote spanningen kunnen ontstaan. Denk maar aan het bijna letterlijk opdrogen van fris en betrouwbaar drinkwater in delen van deze wereld, zoals het Midden Oosten.
Een tweede bron van potentiële tweedracht en grote problemen is het vigerende economische systeem. Dat moet fair en redelijk zijn voor de meeste mensen. Een fair economisch systeem is ook de basis voor politieke stabiliteit. Maar is het huidig systeem nog wel fair? Het geloof erin is snel tanende nu de combinatie van technologische ontwikkeling en globalisering de enkeling bevoordeelt boven de massa, waardoor ongelijkheid in veel landen weer toeneemt. Ongelijkheid werkt corruptie in de hand en verlamt op den duur zowel het politieke als economische systeem.
Het derde probleem is wel het grootste en dat is de vergrijzing. Die stelt de politiek voor de prangende vraag hoe en hoeveel te besteden aan ouderenzorg. Die vraag dient zich aan op het moment dat economische groei laag is en publieke schulden hoog. De huidige pensioenstelsels in veel landen lijken onbetaalbaar geworden. Een strijd tussen generaties dreigt. Het laatste probleem is dat van regulering van een zich explosief ontwikkelende technologie. Wat matig tot slechte regulering kan aanrichten, bewijst de huidige financiële crisis. Maar opnieuw is het de vraag, of overheden en politici hiervoor terdege zijn toegerust. Twijfel is op zijn plaats.
Voor alle genoemde problemen zijn voor de korte termijn oplossingen voor handen. De vraag is echter, of de politiek de wil en de moed heeft om daadwerkelijk in actie te komen. De ongelijkheid kan bijvoorbeeld deels aangepakt worden via de belastingen. Het verhogen van belastingen is echter bij de meeste partijen nog taboe. Daarom zijn belastingen op CO2 uitstoot evenmin erg populair. In veel Westerse landen zal een voorstel om massa-immigratie te bevorderen om de vergrijzing te bestrijden geen lang politiek leven beschoren zijn.
Het is feitelijk toch een wezenlijk probleem van het kapitalistisch systeem. Het werkt uitstekend als het gaat om groei in het private domein. Als het om groei in het publieke domein gaat, dan is het systeem een stuk minder succesvol. Zaken als gezondheidszorg, onderwijs en het milieu mogen op veel ijverige lippendienst van politici en beleidsmakers rekenen, maar veelal blijft het daar bij. juist deze bange en vaak fantasieloze opstelling brengt de betere toekomst van de nieuwe generaties in gevaar. Grote problemen vragen om grootse daden en niet om een boekhoudersmentaliteit.
Cor Wijtvliet
Bron: Kenneth Rogoff, Malthus, Marx and modern Growth. Project-Syndicate, March 4 2014