In het zeewater zit een verwaarloosbare concentratie goudatomen, hoogste één deeltje per miljoen deeltjes. Door series van aardbevingen in een bepaald gebied worden deeltjes onder hoge druk samengebracht tot goudaders, die over een periode van 100.000 jaren kunnen aangroeien tot een reserve die zich kan meten met een goudmijn. Dit proces is al miljoenen jaren gaande en heeft verspreid over het landoppervlak verschillende rijke goudreserves achtergelaten, zo concludeert onderzoeker Dion Weatherley.
De onderzoekers stellen dat het proces waarbij gouddeeltjes samenkomen zich al voor kan doen bij een milde aardbeving van 4 op de schaal van Richter. In sommige gebieden komen talloze kleine aardbevingen voor, afgewisseld met zwaardere aardbevingen. Juist de hoge frequentie van kleine bevingen zorgt voor een mereendeel van het goud dat op de zeebodem gevormd wordt.
Overigens zijn aardbevingen op de zeebodem niet de enige bron van goud. Eerder onderzoek toonde aan dat ook in de scheuren van vulkanen goud ontstaat, door de combinatie van hitte en een zeer hoge druk. Dat proces wijkt overigens af van het proces waarmee goud op de zeebodem gevormd wordt.
Kennis over de herkomst van goud kan volgens Weatherley gebruikt worden om effectiever te zoeken naar nieuwe goudreserves. In de geschiedenis van de mensheid is er al meer dan 171.000 metrische ton goud uit de grond gehaald, vooamelijk uit de relatief makkelijk te winnen gebieden. Er zit ongetwijfeld nog veel meer goud in de aardkorst, maar dat is niet allemaal bereikbaar met de huidige mijntechnologie. Grote hoeveelheden goud diep op de zeebodem kunnen met de huidige technieken nog niet winstgevend opgegraven worden. De mijnproductie van goud is, ondanks de sterk gestegen goudprijs van de afgelopen tien jaar, maar beperkt gestegen.
Goud wordt op zeebodem gevormd door aardbevingen