En zomaar ineens staat Duitsland zelf in de Europese beklaagdenbank. De Europese Commissie gaat onderzoeken of het gigantische overschot op de lopende rekening de economie van de eurozone benadeelt. Voor menig Duitser is dit niets minder dan een klap in het gezicht. Het idee, dat ze weleens het nieuwe zwarte schaap van de crisis kunnen worden, is echt teveel van het goede. De Duitse woede kan de blik op de werkelijkheid vertroebelen.
Crisisbestendig Duitsland?
Van de weeromstuit beginnen de anti-Europese gevoelens meer en meer de kop op te steken. En dan te bedenken, dat Duitsers van begin af aan ware eurofielen zijn geweest. Maar tegelijkertijd zijn ze er van overtuigd, dat hun land de crisis het best doorstaan heeft. De economie groeit nog steeds en de werkloosheid is historisch laag. Ondanks de crisis mag de overheid geen tekort, maar een overschot van 1,5% noteren.
Die cijfers, hoe mooi ook misschien, zijn wel misleidend. Een studie van de Berlijnse denktank DIW laat zien dat de Duitse groei sinds de komst van de euro de laagste van de hele zone is. Die onprettige waarheid geldt trouwens ook voor de ontwikkeling van de productiviteit. Dat is nog niet alles. Zo loopt de loonontwikkeling in Duitsland ver achter bij het gemiddelde van de eurozone en is het niveau van de investeringen zonder meer laag. Bij ongewijzigd beleid wachten onze Oosterburen grote problemen.
De Duitsers hebben ongetwijfeld een sterk punt als ze beweren, dat de aanhoudende crisis in de periferie ook negatief uitvalt voor Duitsland. Ze vergeten gemakshalve dat nog maar tien jaren geleden Duitsland zelf de zieke man van Europa was. Sterke groei in de rest van Europa stelde het land in staat zich uit de problemen te exporteren.
Een tweede pijnpunt voor veel Duitsers is de overtuiging, dat hun land uiteindelijk altijd de rekening mag/moet betalen. Daarom voelen ze weinig voor de bankenunie. Duitse belastingbetalers zouden weleens moeten opdraaien voor de schuldenproblematiek van banken in andere landen. Die angst ligt ook ten grondslag aan de wijdverbreide aversie jegens het monetair beleid van de ECB. Door die aversie missen ze het feit, dat dankzij het ECB beleid de rente in heel Europa omlaag is gegaan, zonder dat daar bijzondere prestaties voor verricht hoefden te worden. De belofte was voldoende. Blijkbaar zijn veel Duitsers ervan overtuigd, dat alleen zij een juist beleid kunnen voeren. Andere overheden of beleidsmakers zullen er alleen maar een potje van maken.
Een derde misvatting is, dat de crisis uiteindelijk op het conto te schrijven is van de euro. Dat is op zijn best deels waar. Er is echter absoluut geen sprake van een valutacrisis. De euro is een safe haven voor de rest van de wereld en dat heeft de munt te danken aan haar stabiliteit en geloofwaardigheid. De euro wordt gewoon goed gemanaged. Nee, de eurozone is absoluut nog geen ideale muntunie, maar die bestaat ook niet. Ook in de VS zijn er grote verschillen tussen staten.
De Duitsers zouden moeten inzien, dat juist het gebrek aan politieke wil de grootste bedreiging voor de geloofwaardigheid van de euro is. Politieke onwil verhindert de vorming van een bankenunie. Een fiscale unie is momenteel nog lichtjaren ver weg. Duitsland kan derhalve slachtoffer worden van het eigen wantrouwen. Nog steeds is een diepe crisis in menig lidstaat niet uitgesloten. Als die zich onverhoopt voordoet, dan zal ook Duitsland geraakt worden.
In plaats van mokkend aan de zijlijn te staan, moeten juist de Duitsers het voortouw nemen. Het is het enige land met voldoende gewicht om alle onwillige schapen de juiste weg op te dwingen.
Cor Wijtvliet
Bron:
Marcel Fratscher, Delusional Germany. Project-syndicate, November 14 2013