Deze bijdrage is afkomstig van Beurshalte
Maandag 24 augustus had alles in zich om als een nieuwe Black Monday de geschiedenis in te gaan. Nadat de Shanghai Composite was gesloten met een verlies van 8,5% sloeg ook in Europa de vlam in de pan. De AEX opende met verlies en heel even leek het erop dat de barrière van 400 punten geslecht zou worden, nadat de indices in de Verenigde Staten met zwaar verlies openden. De Dow Jones verloor in de eerste minuten na opening 1.000 punten, om daarna weer licht op te veren. Amsterdam volgde het voorbeeld uit de verte en was in staat het verlies, dat op een gegeven ogenblik op meer dan 9% lag, te beperken tot ruim 5%.
Er was zowel in Europa als in de Verenigde Staten sprake van een opluchtingsrally. De bijna-crash van maandag 24 augustus volgde op een rumoerige voorafgaande week. In die week verloor de Shanghai Composite Index ruim 12% met als hoogtepunt of zo u wilt dieptepunt op vrijdag 21 augustus. Toen werd bekend, dat de zogeheten Caixin-Markit Index van Inkoopmanagers de snelste krimp sinds 2009 had genoteerd en uit was gekomen op 47,1.
Het was het laatste slechte nieuws in een lange reeks die ongeveer 2 maanden daarvoor begon. Aan het begin van de maand juli werd bekend, dat de exportprestaties van China op zijn zachtst gezegd zeer te wensen overlieten. Ook toen dreigde de Chinese beurzen in een vrije val terecht te komen. In korte tijd verloor de Shanghai Composite 30% van zijn waarde. Op 8 juli maakte de Chinese overheid een reeks maatregelen bekend om de koersval te stutten en weer om te keren. Daarvoor kwam onder meer een bedrag van meer dan $ 300 miljard beschikbaar.
Een onstuimige zomer op de Chinese beurs (Bron: Financial Times)
Stimulering
Enkele weken lang leek het erop, dat de Chinese overheid in staat was om zelfs de financiële markten te temmen. De Shanghai Composite won enkele weken op rij fors terrein terug. Een tweetal gebeurtenissen maakten echter korte metten met deze illusie. Op 11 augustus maakte de centrale bank, the People’s Bank of China (PBoC), bekend de waarde van de yuan met 1,5% te devalueren. De officiële motivatie was om de waarde van de yuan meer marktconform te laten ademen. Kwade tongen beweerden, dat de PBoC hiermee in feite een valutaoorlog ontketende. Landen uit de regio zouden op hun beurt de waarde van hun eigen valuta laten dalen om zo concurrerend te blijven.
Het was vanaf 11 augustus 2015, dat China niet langer wenste te fungeren als een immense afzetmarkt, maar nu ook zelf een belangrijke rol op de internationale exportmarkten wenste te spelen. Een paar dagen later volgde het bericht, dat de Securities Finance Corporation niet langer de koersen met miljarden en nog eens miljarden dollars zou steunen. Dat was meer dan een streep door de rekening van zowel institutionele als particuliere beleggers. Die waren er voetstoots vanuit gegaan, dat de Chinese overheid tot het bittere einde de koersen zou ondersteunen. Het bleek een misvatting en de Chinese belegger stemde met zijn voeten. Het resultaat is bekend! In twee weken tijd leverden de internationale beurzen ruim $ 5 biljoen aan waarde in.
Chinese beurs veerde even op, maar ging daarna opnieuw omlaag
De uitkomst van de Caixin-Markit Index was de bekende druppel. De vraag die blijft, is wat nu? Voor een antwoord op de vraag kijken de meeste Chinese analisten opnieuw naar de overheid en/of centrale bank. De gedachten gaan daarbij uit naar twee mogelijke oplossingen. De eerste is een nieuwe ronde van monetaire verruiming. Maar dat is een niet zo waarschijnlijke oplossing. Sinds 11 augustus heeft de PBoC ruim $ 200 miljard de markt ingepompt om de yuan of renminbi niet te ver weg te laten glijden. Een nieuwe ronde monetaire verruiming zou al die inspanningen in een klap teniet doen. Over weggegooid geld gesproken!
Ook van de overheid is momenteel niet zoveel te verwachten. Die heeft momenteel wel heel veel op het bordje liggen: op hol geslagen financiële markten, een snel afkoelende economie, een bankenstelsel dat niet deugt, lokale corrupte bonzen en noem maar op. Bovendien heeft de overheid al meer dan $200 miljard besteed aan het steunen van aandelenkoersen, maar zonder veel succes. Dat is een dure les geweest.
Wat gaat de Fed doen?
Misschien dat de centrale bank van de Verenigde Staten enig soelaas kan bieden. Al maanden wikt en weegt de bank onder leiding van mevrouw Yellen: zullen we nu wel of niet de rente in september gaan verhogen? De afgelopen weken is bij de fedwatchers twijfel gegroeid. Een besluit in september is niet langer een hamerstuk. Door de gang van zaken in China is ook binnen de Fed de twijfel gegroeid over de wijsheid om in september de rente te gaan verhogen. Bedrijven zouden er weleens veel nadeel van kunnen gaan ondervinden. Aan de andere kant, een achterwege laten van een verhoging heeft ook nadelen. Er sluimert sowieso twijfel over de kracht van het herstel van de Amerikaanse economie. Dat verklaart ook de winst die de euro maandag op de dollar boekte. De wereld lijkt er momenteel het meest bij gebaat, dat Europa en zeker en de Verenigde Staten soliditeit uitstralen.
China was sowieso rijp voor een correctie. In amper een jaar tijd verdubbelden de koersen!
Cor Wijtvliet
Hoofdredacteur Beurshalte.nl
Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden!