De hoeveelheid geld in omloop in Venezuela is in een jaar tijd verdrievoudigd, zo blijkt uit nieuwe cijfers die de centrale bank afgelopen vrijdag bekendmaakte. Eind maart was er 13,3 biljoen bolivar in omloop, drie keer zoveel als een jaar eerder. Ter vergelijking, in de Verenigde Staten groeide de geldhoeveelheid volgens dezelfde definitie de afgelopen twaalf maanden met 6,4%.
De groei van de geldhoeveelheid maakt de bevolking van Venezuela steeds armer. Er worden steeds meer bankbiljetten bijgedrukt om het tekort op de begroting en de handelsbalans te dekken, waardoor het geld in hoog tempo aan waarde verliest. Door de hyperinflatie wordt het steeds moeilijker om winkels te bevoorraden, met als gevolg lege winkelschappen en een tekort aan eten.
Tekorten
Door een tekort aan brandstof worden tankstations niet meer bevoorraad, terwijl bakkers gearresteerd worden omdat zij niet genoeg brood zouden bakken. De regering van Maduro geeft zoals verwacht valutaspeculanten en winkeliers de schuld van alle problemen. Het zijn bizarre toestanden voor een land dat rijk is aan olie en andere grondstoffen en dat met goed bestuur zeer welvarend had kunnen zijn.
Door hyperinflatie hebben spaarders al hun koopkracht verloren, tenzij ze dat op tijd hadden omgezet naar harde valuta zoals euro’s en dollars. Ook spaarders die een deel van hun vermogen in goud of zilver bewaren hebben hun vermogen kunnen beschermen tegen de hyperinflatie. Volgens de laatste schattingen van het IMF loopt de inflatie dit jaar op naar 1.640%.