De extreem lage rente die centrale banken nu al tien jaar hanteren om de economie te stimuleren blijkt vooral gunstig uit te pakken voor grote bedrijven en zeer vermogende particulieren, zo schrijft de Financial Times. Terwijl centrale banken graag beweren dat ze de economie en de arbeidsmarkt willen ondersteunen blijken ze met hun beleid vooral de kloof tussen arm en rijk te vergroten.
Grote bedrijven maken namelijk gebruik van de extreem lage rente door enorme bedragen te lenen en dat geld te gebruiken om eigen aandelen in te kopen. Dat geld gaat niet naar productieve investeringen in het bedrijf, maar naar een verhoging van de aandeelhouderswaarde. Door het inkopen van eigen aandelen stijgt immers de winst per aandeel, waardoor de waardering van deze aandelen omhoog schiet. Als je dan beseft dat 80% van de aandelen in handen is van de rijkste 20% van de bevolking, kan zie je ook hoe de lage rente vooral de meest vermogende mensen helpt.
De lagere inkomens komen door de extreem lage rente in de verleiding meer geld te lenen of eerder een eigen huis te kopen. Dat laatste heeft vooral een prijsopdrijvend effect op de woningmarkt, waardoor de woonlasten uiteindelijk toch niet lager worden en men zich alleen maar dieper in de schulden heeft gestoken. Centrale banken gedragen zich dus – bedoeld of onbedoeld – vooral als bankiers voor de rijken.
Lage rente heeft vooral de aandeelhouders van bedrijven geholpen (Grafiek van de Financial Times)