Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat particuliere beleggers relatief slechte beleggers zijn. Toch laat de massa zich keer op keer verleiden om hoog in te stappen. De particuliere beleggers presteren gemiddeld gezien onder de maat, omdat ze relatief veel transactiekosten maken, teveel risico’s nemen en vaak de neiging hebben om op het verkeerde moment uit te stappen.
Bob Homan van ING Investment verklaart tegenover het FD dat het sentiment van particuliere beleggers bijna een contra-indicator is. Ze stappen in als alle signalen op groen staan en zoeken tegelijk de uitgang als het tegen zit. Door verlies-aversie blijven veel beleggers te lang vasthouden aan een positie, die ze uiteindelijk pas verkopen als de koers een dieptepunt bereikt. Het FD haalt verschillende onderzoeken aan die aantonen dat particuliere beleggers ver achterblijven bij de index. Onderzoek onder Duitse beleggers leverde een gemiddeld rendement op dat 7,5% onder het marktgemiddelde lag. Daar komt nog een procent voor transactiekosten bij.
Risicovol beleggen
De particuliere belegger wil vaak snel resultaat zien van zijn of haar belegging en kiest daardoor vaker voor complexe producten als opties, speeders en turbo’s. Er zijn maar heel weinig beleggers die daar structureel geld aan overhouden. Ook spreiden particuliere beleggers veel minder goed, waardoor ze kwetsbaar zijn voor tegenslagen. Vooral op het vlak van risicobeheersing hebben grotere beleggingsfondsen en institutionele beleggers een betere trackrecord, maar ook deze professionals blijven vaak genoeg achter bij het rendement van de index. Daar komt bij dat er ook kosten verbonden zijn aan vermogensbeheer.
Sparen of beleggen?
Universitair docent Arvid Hoffmann zegt in het FD dat de noodzaak van particulier beleggen niet zo vanzelfsprekend is al men misschien denkt. “Sparen en beleggen zijn twee compleet verschillende dingen. Als je de rendementen vergelijkt, dan moet je dat goed doen”. Hij doelt daarmee op de ervaring dat beleggen iets is voor de langere termijn en dat het rendement op een lange-termijn belegging vergeleken moet worden met bijvoorbeeld de rente op een deposito rekening.
Vaak worden spaarders aangemoedigd om te gaan beleggen en hun geld “aan het werk” te zetten. Toch blijkt dat voor velen geen verstandige zet. Zonder een doordachte strategie en een lange termijn visie spekt de particuliere belegger vooral de kas van de banken en de grote beleggingsfondsen. Een tracker of ETF die de index volgt is misschien saai, maar is wel de beste manier om het marktrendement te benaderen. Dat blijkt ook voor professionele vermogensbeheerders al een hele prestatie te zijn!
Particuliere beleggers verliezen over het algemeen juist geld op de beurs