De landen die deelnemen aan de Silk Road moeten hun eigen valuta gebruiken om grote infrastructurele projecten te financieren, aldus de gouverneur van de Chinese centrale bank, Zhou Xiaochuan. In het financiële tijdschrift China Finance schrijft hij dat landen op deze manier het wisselkoersrisico kunnen verkleinen en de financiële stabiliteit in eigen land kunnen verbeteren.
Het Silk Road project is een grootschalig initiatief waar tientallen landen op het Euraziatische continent aan deelnemen. Doel van dit project is om China met de rest van Azië en Europa te verbinden, onder andere door nieuwe investeringen in spoorwegen, snelwegen, havens en pijpleidingen voor transport van olie en gas.
Silk Road verbindt China met rest van Azië en Europa
Miljardeninvestering voor Silk Road
Voor de financiering van dit soort projecten richtte China de Asian Infrastructure Investment Bank (AIIB) op, waar verschillende Aziatische en Europese landen zich bij hebben aangesloten. Deze investeringsbank kan samen met de China Development Bank diverse nieuwe projecten financieren, maar als het aan Zhou Xiaochuan ligt zijn er ook veel mogelijkheden om private investeerders bij dit project te betrekken.
Met deze boodschap wil de gouverneur van de Chinese centrale bank de verschillende landen aansporen om hun afhankelijkheid van de dollar te verkleinen. De timing is niet toevallig, want op 14 en 15 mei komen de wereldleiders van 28 verschillende landen in Beijing bijeen om de aanleg van de Silk Road te bespreken. Volgens schattingen van Credit Suisse zal er de komende vijf jaar in totaal $500 miljard geïnvesteerd worden in dit Chinese project. Die investeringen komen uit maar liefst 62 verschillende landen.