Volgens monetair econoom Lex Hoogduin heeft het monetaire beleid van de ECB op verschillende manieren gefaald. Het opkopen van staatsobligaties door de centrale bank was een verkapte vorm van een bail-out voor overheden, terwijl dat in strijd is met de afspraken die bij de oprichting van de ECB gemaakt zijn.
Lex Hoogduin merkt ook op dat het ELA noodfonds van de ECB, dat bedoeld is om solvabele banken van liquiditeit te voorzien, inmiddels een soort permanente financiering is geworden. Zo maakt de Griekse bankensector al jaren voor enkele tientallen miljarden euro’s gebruik van dit fonds, terwijl dat helemaal niet de bedoeling is. Maar in plaats van deze banken aan te pakken worden de regels van het noodfonds versoepeld, zodat verschillende zwakke banken overeind gehouden kunnen worden.
Van prijsstabiliteit naar inflatie
Toen de ECB werd opgericht was er één duidelijk mandaat, namelijk prijsstabiliteit. Maar met het verstrijken van de jaren werd ook deze definitie opeens anders uitgelegd. De doelstelling is niet langer om de inflatie beneden de 2% te houden, maar juist om die 2% inflatie te halen. En zo lang die nieuwe doelstelling niet gehaald is lijkt het gebruik van alle monetaire instrumenten gerechtvaardigd, zo concludeert Hoogduin.
Dat de grenzen van het monetaire beleid steeds verder worden verschoven blijkt ook wel uit het feit dat de ECB de prijsontwikkeling vandaag de dag afleest aan de zogeheten ‘kerninflatie’. Dit inflatiecijfer is doorgaans nog lager, omdat de kosten van voedsel en energie hierin zijn weggelaten. Daardoor kan de centrale bank haar monetaire beleid nog verder oprekken.
De volgende video werd op 26 juni 2017 opgenomen bij een bijeenkomst die georganiseerd werd door Leergeld.eu, een initiatief van de Fractie Europese Conservatieven en Hervormers.
Dit artikel is afkomstig van Geotrendlines