De overtollige bankreserves in de Eurozone zijn sinds het begin van dit jaar gekrompen van meer dan €480 naar minder dan €220 miljard. Deze daling is het gevolg van aflossingen van het LTRO-programma, waar banken zich eind 2011 en begin 2012 voor in konden schrijven. Daarmee verschilt het Europese banksysteem met de ECB fundamenteel van het Amerikaanse banksysteem met de Federal Reserve. De volgende twee grafieken van Soberlook laten dat goed zien.
Overtollige bankreserves in de Eurozone dalen …
… terwijl ze in de Verenigde Staten juist toenemen!
LTRO (ECB)
De ECB verstrekte eind 2011 en begin 2012 voor ongeveer €1.000 miljard aan liquiditeit aan banken, om een acute vertrouwenscrisis in het Europese banksysteem te voorkomen. Dat was toen hard nodig, omdat de rente op verschillende staatsobligaties naar recordhoogte was gestegen. Door de stijgende rente en door afwaarderingen van kredietbeoordelaars daalde de waarde van veel staatsobligaties op de Europese bankbalansen. Daarmee werd een fundamentele reserve in het Europese banksysteem aangetast.
Draghi greep in door een soort swap-constructie in het leven te roepen, waarbij banken hun ‘slechte’ staatsobligaties kunnen inruilen voor vers geld. De ECB kocht het schuldpapier niet, maar nam het slechts als onderpand aan voor een lening. Gelukkig bleek de crisis beheersbaar en konden de banken begin dit jaar weer beginnen met het aflossen van deze LTRO-leningen. De ECB weet op deze manier een groot gedeelte van de extra liquiditeit weer op te zuigen uit het banksysteem.
Aflossingen van het LTRO-programma
QE (FED)
Hoe groot is het verschil met de Verenigde Staten, waar banken in hun rol als ‘primary dealers’ Amerikaanse staatsobligaties kunnen kopen en deze meteen weer door kunnen verkopen aan de Federal Reserve. Hier vindt geen onderlinge swap, maar een rechtstreeks aankoop van schuldpapier plaats. Dit werkt inflatoir, zoals de tweede grafiek laat zien. Omdat Amerikaanse banken maar mondjesmaat geld uitlenen stapelt de extra liquiditeit zich op bij de Federal Reserve. Het gaat nu al op een bedrag van $2,3 biljoen, terwijl de excess reserves begin dit jaar nog slechts een omvang hadden van $1,5 biljoen!
De stijging van $800 miljard over de eerste negen maanden van 2013 komt bijna overeen met de omvang van het stimuleringsprogramma van de Federal Reserve, namelijk $85 miljard per maand. Dat zijn hypotheekleningen en staatsobligaties die de Amerikaanse centrale bank rechtstreeks opkoopt van de Amerikaanse bankensector. In dit systeem wordt geen liquiditeit uit de markt onttrokken. Dat werkt op termijn inflatoir!
Bankreserves dalen
Het is dus belangrijk om het onderscheid te maken tussen het Europese LTRO-programma en het Amerikaanse QE-programma. In het eerste geval wordt er wel degelijk liquiditeit uit het banksysteem gehaald, in het tweede geval niet. De inflatoire ramkoers van Bernanke heeft nog niet tot hoge inflatie geleid, omdat de omloopsnelheid van het geld laag is. Men consumeert minder en spaart meer, terwijl banken terughoudend zijn geworden met nieuwe kredieten.
Hoe lang dat zo blijft hangt af van het vertrouwen dat men legt in een bepaalde valuta. Het vertrouwen in de dollar heeft al een behoorlijke deuk opgelopen, maar is nog niet gebroken. De twee grafieken van de excess reserves laten ons zien dat de ECB zorgvuldiger omspringt met de euro dan de Federal Reserve met haar dollar. De ECB doet in elk geval een poging de inflatie te beteugelen en het vertrouwen in de munt hoog te houden.