Voor iedereen die zich afvraagt wat het betekent om ‘democratie’ te promoten in het Midden-Oosten, luister dan eens naar het volgende audiofragment van Hillary Clinton. In een gesloten bijeenkomst voor Joodse journalisten uit 2006 zei ze het volgende over de Palestijnse presidentsverkiezingen die in dat jaar gehouden werden:
Ik denk niet dat we verkiezingen hadden moeten promoten in de Palestijnse gebieden. Ik denk dat het een grote vergissing was. En als we een verkiezing promoten, dan moeten we ons er eerst van verzekeren dat we iets gedaan hebben om te bepalen wie er gaat winnen.
Bij deze bijeenkomst was ook de Eli Chomsky van de Jewish Press aanwezig. Hij herinnert zich nog dat hij geschokt was door het feit dat de Verenigde Staten zich bezighoudt met het manipuleren en sturen van verkiezingen in andere landen.
Ook opvallend is dat Chomsky tijdens deze bijeenkomst aan Clinton vroeg of het voor de Amerikanen en Israeli’s de moeite waard was om met Syrië in gesprek te gaan. Daarop antwoordde ze toen het volgende:
Weet je, ik ben ervan overtuigd dat het geen kwaad kan om met mensen te praten. Zo lang je maar geen domme dingen doet en iets weggeeft. Ik bedoel, we zijn veertig jaar met de Sovjet-Unie in gesprek geweest. Zij vielen Hongarije binnen, ze vielen Tsjecho-Slowakije binnen, de vervolgden Joden, ze vielen Afghanistan binnen, ze destabiliseerden overheden, plaatsten op 90 mijl van onze kust raketten, we zijn nooit gestopt met praten. Maar als je zegt dat zij kwaad zijn en wij goed, dan kunnen we geen zaken met ze doen. Ik denk dat je dan heel veel instrumenten uit handen geeft die je nodig hebt om ze te kunnen verslaan…
Deze woorden uit 2006 laten zich niet rijmen met de toon die Hillary Clinton tijdens deze verkiezingscampagne heeft uitgeslagen naar Rusland. Zo beschuldigde ze Rusland van het hacken van de e-mailserver en het manipuleren van de Amerikaanse verkiezingen. Eerder vergeleek ze het optreden van Poetin in de Krim nog met de Duitse invasie van Polen door Adolf Hilter in 1939.