Sinds de Tweede Wereldoorlog heeft het internationale monetaire systeem verschillende fasen ondergaan. Door het loslaten van de goudstandaard speelde het edelmetaal geen rol van betekenis meer in het dagelijkse betalingsverkeer, maar daarmee was de rol van goud als monetair anker en als ultieme reserve nog niet uitgespeeld.
De volgende grafiek van Thomson Reuters laat in één oogopslag zien dat er sinds 1948 verschillende periodes zijn geweest van goud kopen en goud verkopen. Vlak na de Tweede Wereldoorlog kochten met name Europese centrale banken goud bij, om de voorraden aan te vullen die ze tijdens de oorlog moesten aanspreken.
Historische aankopen goud door centrale banken (Bron: Thomson Reuters)
De korte piek van goudverkopen in 1968 was een poging om een devaluatie van de dollar tegenover goud te voorkomen, een poging die al snel mislukte en die de aanzet gaf tot het opgeven van de ‘koppeling’ tussen de dollar en goud in 1971.
In de jaren negentig leek de rol van goud uitgespeeld en werd een deel van de goudvoorraden in de verkoop gedaan, maar sinds de financiële crisis zijn centrale banken opnieuw goud aan het hamsteren. Vooral de opkomende markten voegen edelmetaal aan hun reserves toe, omdat deze landen naar verhouding nog weinig goud in de kluis hebben liggen.