Zo verzamelde een analist van de website The Oildrum data over de Amerikaanse productie van fossiele brandstoffen sinds 1975. Uit deze data blijkt dat de productie van fossiele brandstoffen de laatste jaren helemaal niet zo significant is gestegen. Weliswaar ging de totale energieproductie – uitgedrukt in BTU's – vanaf 2010 wat omhoog, maar de toename is allesbehalve substantieel te noemen. De productie van aardgas is sinds 2005 weliswaar met 5 quadriljoen BTU's gestegen, maar op een totale energieproductie van meer dan 60 quadriljoen is dat geen grote verschuiving. De laatste jaren werd de stijging van de productie van aardgas in de VS deels ongedaan gemaakt door een dalend volume van ruwe olie.
Grafiek van Carpe Diem Blog suggereert aanzienlijke stijging van productie fossiele brandstoffen in de VS
Quadriljoen BTU's
In totaal kwam de energieproductie van fossiele brandstoffen in 2011 uit op 60,6 quadriljoen BTU's, 1,3 quadriljoen meer dan in 1998. Een quadriljoen BTU's is een standaard waarmee de energiewaarde van olie, gas en kolen samengevoegd kan worden. Een quadriljoen BTU staat gelijk aan bijna duizend miljard kubieke meter gas, 180.135.869 vaten ruwe olie of 35.999.350 short tons aan kolen.
Onderstaande grafieken laten zien hoe de productie van olie, kolen en gas zich vanaf 1975 tot en met 2011 heeft ontwikkeld. Hieruit blijkt dat de productie van gas en kolen is opgeschroefd, maar dat die van ruwe olie juist is gedaald. In totaal bleef de energieproductie uit fossiele brandstoffen in de VS vanaf 1975 tot en met nu schommelen in een bandbreedte van 55 tot 60 quadriljoen BTU's, terwijl de energiebehoefte van de VS sinds 1980 weer is toegenomen.
Totale energieproductie van olie, kolen en gas vanaf 1975 op een normale schaalverdeling
'Schaliegas geen big deal'
Hoogleraar Perry omschrijft de toegenomen productie van schaliegas als een 'big deal'. Hij stelt dat de VS momenteel dichter bij energie-onafhankelijkheid is dan in de afgelopen 22 jaar. Maar volgens de analist van The Oildrum ligt het energieprobleem van de VS niet in de totale energiehoeveelheid, want er zijn nog grote voorraden aan kolen en gas. Het probleem zit hem volgens The Oildrum in brandstof die makkelijk te transporteren is, want die is afkomstig van ruwe olie. De extra productie van gas uit gesteente is belangrijk en noemenswaardig, maar het brengt de productie van energie in het beste geval terug tot het niveau van 2003. En ook dat was aanzienlijk lager dan dat van 1951.
De analist van The Oildrum stelt dat er niets gelogen is aan de gegevens die Perry heeft gebruikt op zijn blog, maar dat de conclusie die hij trekt bijdrage levert aan een verstoord beeld dat de VS spoedig onafhankelijk zal worden van energie uit het buitenland en dat het geen olie meer hoeft te importeren. De VS heeft in de afgelopen honderd jaar veel meer olie gebruikt dan dat het geproduceerd heeft. Sinds de Tweede Wereldoorlog importeert het land olie en sinds de piek van de binnenlandse olieproductie die in 1970 bereikt werd is de import van olie alleen maar verder toegenomen.
De laatste jaren verbruikt de VS per dag ongeveer 9 miljoen vaten meer olie dan het kan produceren, een importvolume dat gelijk staat aan het totale volume van de binnenlandse olieproductie in 1970. De analist van The Oildrum concludeert dat de toename van olie- en gasproductie in de VS bemoedigend is, maar dat het onder de huidige omstandigheden vrijwel uit te sluiten is dat de VS weer onafhankelijk wordt van de invoer van olie uit het buitenland. In theorie kan ook gas worden gebruikt als een makkelijk te transporteren brandstof, maar voordat het zover is moeten er veel investeringen worden gedaan in de infrastructuur.
VS importeert 9 miljoen vaten olie per dag, toename productie schaliegas maakt de VS niet veel minder afhankelijk van het buitenland