Tag: ecb

  • Over welke instrumenten beschikken centrale banken nog?

    Met de aanhoudend historisch lage rentestanden is de vraag wat voor beleidsopties er nog zijn voor de centrale banken. Het langgerekte en oppervlakkige herstel na de grote recessie heeft geleid tot een erg lage rente. Daarmee hebben centrale bankiers maar beperkte ruimte om de rente nog verder te verlagen. Eigenlijk heeft alleen de Fed in de VS die speelruimte, dankzij de renteverhogingen die daar al zijn doorgevoerd. Over welke beleidsopties beschikken de centrale banken nog, vraagt Piya Sachdeva, econoom van Schroders, zich af.

    Optie 1: Herstart QE

    Een beleidsmaatregel waar snel naar teruggegrepen kan worden, is het herstarten van kwantitatieve verruiming (QE). Tijdens de piek daarvan bedroeg de omvang van de Fed- en ECB-balans respectievelijk 25% en 40% van het bbp. De Japanse en Zwitserse centrale banken hebben aangetoond dat een balansomvang boven de 100% van bbp tot de mogelijkheden behoort.

    Er dreigt echter een tekort aan staatsobligaties om op te kopen. De ECB bijvoorbeeld is begrensd door de regel dat het niet meer dan 33% van een schuld mag bezitten. Centrale bankiers kunnen wel overwegen om de scope van QE te vergroten. Zo kan de Fed QE uitbreiden naar het aankopen van bedrijfsobligaties, wat de ECB al deed. De Bank of Japan gaat nog een stapje verder door ook aandelen en vastgoed op te kopen.

    Bank of Japan koopt naast staatsobligaties ook bedrijfsobligaties en aandelen (Bron: Schroders)

    Optie 2: Meer forward guidance

    Na de invoering van QE hielp forward guidance – het signaleren van toekomstige beleidsintenties – de centrale banken om de renteverwachtingen te sturen zonder het niveau van de rentetarieven daadwerkelijk te wijzigen. Ook hintte de ECB in 2012 dat QE aanstaande was met Draghi’s beruchte uitspraak “whatever it takes” (om de euro te behouden). Hiermee was de ECB succesvol in het versoepelen van de financiële omstandigheden en het helpen beëindigen van de staatsschuldencrisis.

    De centrale banken kunnen gebruik blijven maken van forward guidance, maar het heeft ook zijn beperkingen. Toekomstige rentevoeten hebben een ondergrens en de centrale banken leggen zichzelf vast door zich te verbinden aan toekomstige beleid. Daarnaast kunnen richtsnoeren zonder follow-up, met name wat hogere rentetarieven betreft, de geloofwaardigheid aantasten. De gouverneur van de Bank of England, Mark Carney, kreeg de bijnaam “unreliable boyfriend”, omdat hij zijn standpunt over renteverhogingen wijzigde.

    Optie 3: Gedifferentieerde rentetarieven

    Negatieve rentetarieven zijn schadelijk voor de winstgevendheid van de banksector, als gevolg van de druk op de rentemarge. Dit is met name het geval voor banken die meer afhankelijk zijn van depositofinanciering. De ECB overweegt momenteel een gedifferentieerde negatieve depositorente. Daarmee beperkt het de negatieve rente alleen tot de overtollige deposito’s gestald bij de centrale bank, waardoor de winstgevendheid van banken ondersteund wordt en het monetaire beleid met een lage rente langer volgehouden kan worden.

    Optie 4: Herziening van de inflatiedoelstellingen

    Met een duurzaam lage inflatie kunnen centrale bankiers ook het raamwerk herzien. De Fed overweegt bijvoorbeeld een gemiddelde inflatiedoelstelling. Daarmee kunnen inflatieverwachtingen gehandhaafd worden, ook als de inflatie tijdelijk onder de doelstelling noteert.

    Optie 5: Yield curve control

    De Bank of Japan introduceerde yield curve control in 2016 als een modificatie van QE. Daardoor hoefde de bank minder staatsobligaties aan te kopen om de rente laag te houden. Dit hielp QE duurzamer te maken. Ook in de VS bestaat belangstelling voor deze beleidsoptie.

    Japanse centrale bank hanteert rentedoelstelling voor staatsleningen (Bron: Schroders)

    Optie 6: Helikoptergeld

    Als laatste optie kan de centrale bank geld laten drukken en direct distribueren. Dit staat ook wel bekend als helikoptergeld. Monetiseren van de staatsschuld, waarbij de centrale banken de overheid rechtstreeks financieren, is hiermee vergelijkbaar. Het is nu nog verboden voor de meeste centrale banken. Het vereist monetaire en budgettaire coördinatie. Naast inflatoire problemen, vormt helikoptergeld een ernstige bedreiging voor de begrotingsdiscipline en de onafhankelijkheid van de centrale bank. In de praktijk helpt een ruim monetair beleid de overheden om goedkoop te lenen en wordt de staatsschuld eigenlijk al gefinancierd.

    Conclusie

    De beperkte mogelijkheden van de centrale bankiers, betekent dat de bal bij een volgende economische neergang komt te liggen bij het begrotingsbeleid van de overheid. De meeste ontwikkelde economieën hebben op dat gebied wel wat speelruimte. Centrale bankiers hebben bewezen dat ze creatief kunnen denken over het monetaire beleid en zich niet langer beperken tot het verlagen of verhogen van de rentetarieven. Verschillende tools blijven beschikbaar, maar elke tool heeft ook weer zijn tekortkomingen.

    De Federal Reserve en Bank of England kunnen de rente verlagen en QE opnieuw starten. De ECB heeft beperkte mogelijkheden om de rente te verlagen, maar kan dat nog steeds doen. De ECB kan ook QE opnieuw opstarten, wat waarschijnlijk zou vereisen dat de limieten op staatsobligaties worden verhoogd. De Bank of Japan heeft de minste speelruimte. Forward guidance kan nog steeds worden gebruikt door alle centrale banken. Uiteindelijk zullen de landen die monetair beleid en begrotingsbeleid kunnen coördineren, het in een volgende recessie beter doen. Gezien de politieke beperkingen en de beperkte ruimte op de begroting, is dit een bijzondere uitdaging voor de eurozone.

    Meer informatie:

    Lees meer in het meegestuurde artikel ‘What is left in the central bank toolbox?’ van Piya Sachdeva, econoom bij Schroders. Dit artikel is verschenen in de nieuwste Economic & Strategy Viewpoint (juli).




  • Goudprijs stijgt na voordracht Lagarde als president ECB

    De goudprijs ging maandag flink omhoog na de voordracht van Christine Lagarde als toekomstig president van de ECB. De topvrouw van het IMF zal Mario Draghi later dit jaar opvolgen aan het hoofd van de Europese Centrale Bank. De voordracht van Lagarde is opmerkelijk, omdat ze tijdens haar carrière vooral politieke functies vervulde en geen directe werkervaring heeft in de wereld van centrale banken en monetair beleid. Ze is de eerste niet-econoom die het presidentschap bij de centrale bank zal kunnen vervullen.

    De financiële markten reageren wisselend op de voordracht van Lagarde als nieuwe directeur bij de Europese Centrale Bank. Verschillende analisten reageren positief op deze uitkomst en verwijzen naar de ervaring die Lagarde heeft als voormalig minister van Financiën in Frankrijk en als topvrouw van het IMF. Binnen die functies heeft ze veel ervaring opgedaan op het gebied van economisch beleid en crisismanagement. Ze was immers minister van Financiën van 2007 tot 2011, precies tijdens de financiële crisis en de bankencrisis.

    Goudprijs stijgt, euro lager

    Toch zijn er analisten en economen die vraagtekens zetten bij de voordracht van Lagarde. Critici vrezen dat haar politieke achtergrond de onafhankelijkheid van de centrale bank in gevaar kan brengen. Ook heeft ze niet zo veel expertise op monetair gebied als andere mogelijke kandidaten, zoals de Duitse centraal bankier Jens Weidmann.

    Op de financiële markten zorgde de voordracht van Lagarde voor een daling van de euro ten opzichte van de dollar. Ook de goudprijs reageerde op het nieuws, de prijs van een troy ounce goud steeg naar $1.430. In euro’s steeg de koers naar €1.270. In beide valuta is dat het hoogste niveau sinds begin 2013.

    De stijging van de goudprijs is een reactie op de verwachting van een ruimer monetair beleid. In 2016 zei Lagarde als topvrouw van het IMF dat negatieve rente netto een positief effect heeft op de wereldeconomie. Met die kennis in het achterhoofd is de kans nog groter dat de ECB de komende jaren een ruim monetair beleid zal blijven voeren. Ook op de aandelenmarkt en de obligatiemarkt zorgde het nieuws voor hogere koersen.

    Update: In het oorspronkelijke artikel stond dat ze al benoemd is, maar dat is nog niet het geval. Ze is voorgedragen als kandidaat en die voordracht moet nog goedgekeurd worden.




  • ABN Amro verwacht renteverlaging ECB

    De ECB zal in september de rente met 10 basispunten verlagen, zo verwachten analisten Nick Kounis en Aline Schuiling van de ABN Amro. Dat betekent dat commerciële banken tegen -0,1% geld kunnen lenen bij de centrale bank, maar dat ze ook 0,5% rente gaan betalen op overtollige reserves die ze bij de centrale bank parkeren. Volgend jaar zou er volgens de analisten van de ABN Amro een tweede renteverlaging van 10 basispunten kunnen volgen.

    Naast een renteverlaging zal de centrale bank begin volgend jaar ook weer obligaties opkopen om de markt te ondersteunen. De analisten van de ABN Amro verwachten dat de ECB haar balans dan negen maanden lang met €70 miljard per maand zal uitbreiden. Dat zou betekenen dat de centrale bank nog eens €630 miljard aan haar balanstotaal toevoegt om de economie te ondersteunen. Eind vorig jaar bouwde de ECB dit opkoopprogramma nog af.

    Renteverlaging ECB

    De centrale bank liet tijdens het laatste rentebesluit al weten dat ze de rente nog zeker een jaar lang niet zal verhogen. Tijdens een bijeenkomst in Portugal eerder deze week deed Mario Draghi daar nog een schepje bovenop door te suggereren dat de centrale bank meer maatregelen kan nemen. Tijdens de paneldiscussie zei hij dat de ECB bereid is meer te stimuleren als de inflatie laag blijft. Ook zei hij dat er nog voldoende ruimte is om het opkoopprogramma verder uit te breiden.

    Eerder dit jaar nam de ECB al maatregelen om de bankensector te ondersteunen. De centrale bank kwam met een nieuwe ronde van TLTRO, waarmee ze opnieuw liquiditeitssteun aan banken kan geven. De aankondiging van deze maatregel was misschien al een voorbode voor extra monetaire stimuleringsmaatregelen. De Europese bankensector staat onder druk, omdat de lage rente hun winstgevendheid aantast. Bankaandelen gingen vorig jaar opnieuw hard onderuit.

    Meer stimulering

    Door de uitspraken van Draghi daalde de rente op Europese staatsobligaties deze week naar een nieuw dieptepunt. Beleggers lijken dus al te anticiperen op een fase met meer monetaire stimuleringsmaatregelen. Ook in de Verenigde Staten wordt later dit jaar een nieuwe renteverlaging verwacht, mogelijk al in juli. De omslag in het beleid van de twee belangrijkste centrale banken deed de goudprijs stijgen naar €40.000 per kilo, het hoogste niveau in zes jaar. In dollars steeg de prijs naar $1.390 per troy ounce, eveneens het hoogste niveau in zes jaar.

    Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard




  • Is het nog wel verstandig om naar een inflatie van 2% te streven?

    Het ziet er naar uit dat centrale banken opnieuw aan de vooravond staan van een monetair verruimingsbeleid. In hun streven de inflatie op te stuwen naar een niveau van 2% lijken centrale banken bereid om hun monetaire beleidsmogelijkheden uit te putten op een moment dat de economische output gemiddeld of zelfs nog bovengemiddeld is.

    Het probleem is dat er weinig bewijs is dat het verlagen van de rente succesvol is in het opjagen van de groei of in het opstuwen van de inflatie. Sterker nog, het risico is reëel, dat in sommige landen dit beleid contraproductief kan uitpakken, waardoor de zaadjes voor de volgende crisis geplant worden. Mocht het zover komen, dan kunnen centrale banken wel eens machteloos blijken in het bestrijden van de nieuwe crisis.

    Waarom 2% inflatie?

    Is het daarom misschien geen tijd de doelstelling van 2% inflatie los te laten? We moeten vaststellen dat centrale banken in grote delen van de wereld nu al meer dan tien jaar de rente beneden het ‘neutrale’ niveau houden. Daarmee zeggen ze in feite dat de rente nog heel lang heel laag zal blijven. Dat gebeurt ook nu, terwijl de werkgelegenheid hoog is en de economische groei in sommige landen hoger uitvalt dan haalbaar leek in de huidige stand van de cyclus.

    Met een inflatie die weigert omhoog te kruipen naar de doelstelling van 2% zien centrale banken zich gedwongen de rente ook heel laag te houden. Dat doen ze omdat ze bang zijn dat de inflatie kan omslaan in deflatie. Mocht dat gebeuren, dan is de vrees dat de waarde van allerlei vermogenstitels aangevreten wordt. Daardoor zou de schuldenberg in absolute termen alleen maar verder groeien. Uitstel van consumptie door de burger en bedrijfsleven zou prijzen ook nog eens omlaag drukken met een recessie als gevolg.

    Japan

    Is deze redenering wel helemaal zuiver? Een land als Japan zit al meer dan twee decennia in een disinflatoire en deflatoire omgeving. Toch is de groei per hoofd van de bevolking niet veel anders dan in Europa of de VS. Daar staat tegenover dat deflatie in de huizenmarkt – of in welke sector dan ook – het gevolg is van overinvesteringen of misallocatie van kapitaal. Dat is dan waarschijnlijk weer het gevolg van een te soepel monetair beleid. Centrale banken in Australië en Canada hebben vastgesteld dat een lange periode met zeer lage rentes een belangrijke aanjager was voor de zeer hoge huizenprijzen. Die zien ze nu als een belangrijke bedreiging voor de economische vooruitzichten.

    Een te lage rente over een te lange termijn verstoort de markt, maar herbergt ook het risico in zich dat centrale banken weinig of geen ammunitie meer hebben om een komende crisis te bestrijden. Die zou dus wel eens nodeloos lang kunnen duren. Te lage rente kan ook uitmonden in ‘zombificatie’. Marginale bedrijven blijven overeind, omdat geld goedkoop is, maar ook kunnen er veel verkeerde investeringen plaatsvinden dankzij een te lage rente. En dat alles, terwijl het uiteindelijke doel van een inflatie van 2% ver uit het zicht blijft. Is er met andere woorden een correlatie tussen een lage rente en een lage inflatie? Gaan zodoende inflatieverwachtingen eerder omlaag dan omhoog?

    Hoe ‘natuurlijk’ is het natuurlijk niveau van inflatie? Dat hangt waarschijnlijk van veel factoren af, zoals de stand van de technologie, van de globalisering en de demografische ontwikkeling. In regio’s als Europa en Japan is de economische groei zwak en dreigt deze nog verder te verzakken. Is een inflatie van 2% dan het natuurlijk en gewenst niveau? Misschien moeten centrale banken wat minder dogmatisch worden? Het huidig framework voldoet niet (meer) en herbergt veel risico’s in zich. Dat moeten we misschien niet willen.

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.




  • Draghi: “Wij streven geen wisselkoersbeleid na”

    De ECB is bereid meer monetaire stimulering toe te passen als de economische situatie verslechtert of de inflatie verder afwijkt van de doelstelling van de centrale bank. Dat zei ECB-president Mario Draghi deze week tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van de centrale bank in het Portugese stadje Sintra. Hij zei dat er mogelijkheden zijn om de rente te verlagen en om het opkoopprogramma verder uit te breiden.

    Met deze uitspraken wist Draghi de financiële markten opnieuw in beweging te brengen. De euro zakte verder weg ten opzichte van de dollar, terwijl de Europese aandelenmarkten opveerden. Ook in de Verenigde Staten werd deze beweging opgemerkt. President Trump beschuldigde de Europese Centrale Bank van het manipuleren van de wisselkoers, met als doel de Europese economie te ondersteunen.

    Draghi: “Wij streven geen wisselkoersbeleid na”

    Tijdens de paneldiscussie van de ECB kreeg Draghi de gelegenheid om te reageren op de opmerkingen van de Amerikaanse president. Hij zei dat de ECB haar monetaire beleid uitsluitend baseert op haar mandaat van prijsstabiliteit, dat gedefinieerd wordt als een inflatie van dicht bij de 2% op de middellange termijn. Hij voegde eraan toe dat de centrale bank geen wisselkoers nastreeft. Na een korte stilte volgde er een applaus.

    Internationale rol van de euro

    In dezelfde paneldiscussie gaf Draghi ook een toelichting op de internationale rol van de euro. Volgens hem is kan gebruik van de euro als internationale valuta niet worden afgedwongen. Wel noemt hij een aantal voorwaarden waaraan een munt moet voldoen, voordat deze een internationale rol kan gaan spelen.

    Hij zei dat de Eurozone nog geen sterke bankenunie en kapitaalmarktunie heeft en dat er ook nog geen universele en risicovrije activa bestaat waar de wereld vermogen in kan aanhouden. Met dat laatste doelt hij op Eurobonds, obligaties die gezamenlijk door alle Eurolanden worden uitgegeven. Als de Eurozone dit allemaal wel heeft, dan zal de euro volgens Draghi vanzelf net zo belangrijk worden als de Amerikaanse dollar.

    Dit artikel verscheen eerder op Geotrendlines




  • Trump trekt dreigement aan Mexico in, dollar en peso herstellen

    De Mexicaanse peso was vorige week de grote winnaar op de valutamarkt. Dat was geen verrassing, want na vage toezeggingen vanuit Mexico over samenwerking langs de grens met de VS had Trump zijn dreiging om Mexico invoerheffingen op te leggen ingetrokken. Ook de dollar deed het goed: de markten haalden opgelucht adem toen de retoriek en de dreigingen rond de wereldhandel even wat afgezwakt leken te zijn.

    Bij gebrek aan belangrijk nieuws en bijeenkomsten van centrale banken was dit nieuws vorige week voldoende om de dollar bovenaan de lijst van G10-valuta te krijgen. Alle ogen richten zich nu op de bijeenkomst van de Fed, die woensdag plaatsvindt. Er worden nog geen wijzigingen in de beleidsrente verwacht, maar de markten zullen uit elk woord van het FOMC proberen op te maken hoe groot de kans op renteverlagingen is en hoe groot die eventuele renteverlagingen zullen zijn. Hieronder de belangrijke valuta in de detail.

    Euro

    De enige belangrijke informatie uit de eurozone was vorige week het zwakke cijfer van de industriële productie. Die is – na de daling van 0,4% in maart – in april nog eens met 0,5% gedaald. Dit zijn volatiele cijfers waarbij de kans op bijstelling groot is, maar enig herstel van de Europese industriesector is nog niet in zicht. Ook deze week komen weinig cijfers uit, maar de ECB houdt wel een belangrijke conferentie over centraal bankieren in Sintra, Portugal. We verwachten dat de ECB zijn visie op de toekomstige beleidskoers daar nader zal toelichten.

    Britse pond

    De cijfers die vorige week uit het Verenigd Koninkrijk kwamen gaven een wisselend beeld. De groei van het bbp en de industriële output van april waren zwak, maar dit werd gecompenseerd door de stevige banengroei en de stabiele loongroei. Toch deed dit er allemaal weinig toe, want de markten hielden zich bezig met het gevecht om het leiderschap binnen de Conservatieve Partij en de gevolgen daarvan voor de Brexit-onderhandelingen.

    De markten prijzen in dat Boris Johnson vrijwel zeker gaat winnen, dus deze week zal de aandacht waarschijnlijk uitgaan naar de juni-bijeenkomst van de Bank of England. Er worden geen beleidswijzigingen verwacht, maar de meeste economen verwachten wél dat het monetaire beleidscomité de economische vooruitzichten negatiever zal inschatten. Als dit niet gebeurt, zou de ‘cable’ (het valutapaar GBP/USD) op korte termijn wel eens richting de 1,30 kunnen rallyen.

    Amerikaanse dollar

    Nu de invoerheffingen voor Mexico oud nieuws zijn, brengt Trump zijn tijd door met twitteren dat de Fed de rentes moet verlagen. Woensdag zullen we bij de bijeenkomst van de Federal Reserve zien in hoeverre het FOMC de politieke druk om de rentes te verlagen kan weerstaan.

    Er worden geen directe beleidswijzigingen verwacht. Wel zal iedereen proberen te ontdekken wat de Fed voor toekomstige bijeenkomsten suggereert. Wij denken dat de markten, die tot eind 2019 drie volledige renteverlagingen inprijzen, te hard van stapel lopen. Ze zouden wel eens negatief verrast zouden kunnen worden als de mededelingen van de Fed minder dovish zijn dan verwacht. We zijn benieuwd hoe ver de rally van de dollar op korte termijn zal gaan als we gelijk krijgen.

    Door: Enrique Diaz-Alvarez

    Enrique Diaz-Alvarez is chief risk officer en staat aan het hoofd van het analistenteam van Ebury in New York. Vanwege zijn gedrevenheid, passie en gedegen kennis, wordt Enrique door Bloomberg erkend als een van de meest accurate voorspellers van de marktbewegingen.

    Over Ebury:

    Ebury maakt internationale markten toegankelijker met valutadiensten op maat en flexibel handelskrediet voor ondernemingen. Ebury werkt samen met ruim 12.000 organisaties en verricht 12 miljard euro aan valutatransacties in 140 verschillende valuta. Het bedrijf heeft kantoren in het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Spanje en Polen. De speerpunten van Ebury:

    • Financiële diensten die normaal zijn voorbehouden aan grote multinationals
    • Financiering van uw aankopen
    • Marktkennis en valutadiensten op maat
    • Ons netwerk van liquidity providers en intermediaire banken
    • Transacties in ruim 140 verschillende valuta

    Meer informatie op www.ebury.nl




  • ECB laveert moedig in tegen mondiale tegenwind

    Ondanks de nadruk van ECB-president Mario Draghi op stijgende handelsspanningen durfde de centrale bank het aan om een minder verruimend monetair beleid aan te kondigen dan sommigen van tevoren verwacht hadden. De rente die banken betalen onder het nieuwe TLTRO-programma wordt tien basispunten boven de ECB-depositorente gezet, hetgeen minder genereus is dan verwacht.

    Ook kwam in de rente-aankondiging naar voren dat de ECB in de eerste helft van 2020 de rente “op haar huidige niveau” houdt. Dit betekent dat de renteverlagingen waar markten op speculeerden in ieder geval volgens de ECB voorlopig van de baan zijn. Wel voegde Draghi tijdens de persconferentie hier aan toe dat er “aanzienlijke ruimte” is voor de ECB om hier later op terug te komen.

    ECB wil rente niet verlagen

    Het is opmerkelijk dat de normaal terughoudende ECB het aandurft om het beleid “hawkish af te ronden” ondanks de vele risico’s die de eurozone omringen. De handelsspanningen nemen toe, de eurozone maakindustrie stevent volgens surveys af op een recessie en de dienstensector is veerkrachtig, maar nog niet bloeiend te noemen.

    Hier kunnen twee redenen voor zijn. Ten eerste tracht de ECB door het uitstralen van vertrouwen wellicht de inflatieverwachtingen van markten wat omhoog te krijgen. Deze staan namelijk volgens de 5-jarige inflatieswaps op het laagste punt sinds het begin van de muntunie. Ten tweede kan de oorzaak ook gezocht worden in druk vanuit Duitsland, aangezien wel vaker wordt gespeculeerd dat de ECB naar de pijpen van Europa’s grootste economie danst.

    Een verkrappend beleid past in ieder geval beter bij de huidige staat van de Duitse economie, waarin de lonen in het eerste kwartaal op jaarbasis met meer dan 4,5% groeiden en de werkloosheid rond het laagste punt staat sinds de Duitse hereniging. Dit staat in schril contrast met bijvoorbeeld Spanje en Italië, waar de werkloosheid voor beide landen (ruim) boven de 10% ligt en de lonen maar mondjesmaat toenemen.

    ECB in onmogelijke spagaat

    Op de korte termijn heeft de Europese eenheidsmunt vandaag geprofiteerd van dit koene kapiteinswerk van de ECB, maar op de lange termijn wordt het eens te meer duidelijk dat de ECB zich in een onmogelijke spagaat bevindt. Het risico bestaat zeker dat Duitsland naar een scenario beweegt waar de inflatie moet worden afgeremd, terwijl een land als Italië op dit moment juist meer gebaat lijkt bij een ruimer monetair beleid. Zo’n onmogelijke spagaat kan uiteindelijk de eurozone doen opbreken, maar vandaag was zichtbaar dat het “hawkish afronden” van dovish beleid op de marge voor eurosterkte zorgt.

    Deze analyse is geschreven door Bart Hordijk, valuta-analist bij Monex Europe

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • LIVE: ECB persconferentie over rentebeleid

    De ECB geeft deze middag in een persconferentie toelichting op haar rentebesluit. De centrale bank maakte bekend dat alle rentetarieven onveranderd blijven en dat deze nog zeker een jaar op het huidige niveau zullen blijven. Dat betekent dat banken tegen 0% geld kunnen lenen bij de centrale bank en dat ze 0,4% depositorente betalen voor overtollige reserves. De centrale bank houdt de rente laag zo lang de inflatie op middellange termijn onder de 2% blijft.

    Ook maakte de ECB bekend dat ze de opbrengsten uit het opkoopprogramma volledig blijft herinvesteren. Dit zal ze blijven doen zo lang de liquiditeitscondities daarom vragen. Dat betekent dat dit programma blijft doorlopen tot voorbij de eerste renteverhoging. Ook maakte de ECB meer details bekend over het nieuwe TLTRO III programma.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • ECB introduceert nieuwe €100 en €200 biljetten

    ECB introduceert nieuwe €100 en €200 biljetten

    De ECB heeft vandaag de nieuwe bankbiljetten van 100 en 200 euro gepresenteerd. Het zijn de laatste biljetten in de nieuwe Europa serie, aangezien er geen nieuw exemplaar van het €500 biljet verschijnt. De nieuwe briefjes van €100 en €200 zijn iets kleiner dan hun voorgangers, want de hoogte is identiek aan die van het €50 biljet. Daardoor passen de grote briefjes beter in de portemonnee en gaan ze makkelijker door de geldtelmachines.

    De bankbiljetten van €100 en €200 worden op veel plekken in Nederland al niet meer geaccepteerd, maar in de eurozone wordt het exemplaar van €100 nog steeds volop gebruikt. Volgens de centrale bank wordt dit exemplaar na de biljetten van €50 en €20 het meest gebruikt voor contante betalingen. De briefjes van €200 komen veel minder vaak voor in het dagelijkse betalingsverkeer.

    Contant geld als alternatief voor de spaarrekening

    Misschien vraagt u zich af waarom de ECB de moeite neemt om deze grote bankbiljetten te vernieuwen, aangezien grote bedragen steeds vaker met elektronische worden afgerekend. Toch neemt de vraag naar de grootste biljetten nog ieder jaar toe, omdat deze steeds vaker gebruikt worden als alternatief spaarmiddel.

    Met een spaarrente van bijna nul procent wordt het interessanter om spaargeld in de vorm van contant geld aan te houden. Bij een negatieve rente zijn de grote bankbiljetten zelfs aantrekkelijker. De vraag naar het briefje van €100 stijgt jaarlijks met 7,6%, terwijl de vraag naar €200 biljetten ieder jaar met 8,6% toeneemt.

    Productie van €500 biljet gestopt

    De oude briefjes van €100 en €200 blijven uiteraard geldig, maar zullen op termijn uit circulatie verdwijnen. Ook blijft het €500 biljet in omloop, al hebben centrale banken dit jaar de productie van het grootste biljet stilgelegd. Het aanbod van deze biljetten neemt dus niet meer toe.

    Hieronder ziet u twee video’s van de ECB. De eerste staat in het teken van de twee biljetten die vandaag gepresenteerd zijn. De tweede video laat zien hoe de bankbiljetten gemaakt worden.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • ECB dringt aan op Eurobonds

    ECB dringt aan op Eurobonds

    De ECB heeft deze week opnieuw een pleidooi gehouden voor de introductie van Eurobonds. De vice-president van de centrale bank, Luis de Guindos, sprak tijdens een conferentie met de Europese Commissie over de noodzaak van een nieuw ‘risicovrije’ financieel instrument dat beleggers kunnen aanhouden als alternatief voor staatsobligaties van landen. Het voorstel is omstreden, omdat de noordelijke landen van de muntunie vrezen voor een transferunie.

    Als Europese landen gezamenlijk staatsobligaties uitschrijven zijn ze minder kwetsbaar voor de grillen van de financiële markten. Problemen zoals tijdens de Europese schuldencrisis van een aantal jaar geleden zouden dan minder snel voorkomen. Omdat landen gezamenlijk garant staan voor de schulden zullen beleggers niet meer massaal schuldpapier van minder kredietwaardige landen in de verkoop doen. Zo kan voorkomen worden dat een land als Griekenland haar toegang tot de kapitaalmarkt verliest.

    Tekort aan veilig schuldpapier

    Sinds het uitbreken van de financiële crisis is er een structureel tekort aan veilig schuldpapier. Dat is een probleem, omdat staatsleningen met een triple A kredietstatus als onderpand gebruikt worden voor financiële transacties. Voor de crisis was er een groter aanbod van hoogwaardig schuldpapier, omdat meer landen toen een hoge kredietstatus hadden. Ook werden herverpakte hypotheekleningen tot het uitbreken van de kredietcrisis nog als veilig onderpand gezien.

    De lancering van Eurobonds kan het tekort aan ‘veilig’ onderpand verlichten en beleggers een liquide instrument geven om vermogen in te parkeren. Volgens ECB bestuurslid Benoit Coeuré kunnen gezamenlijke obligaties ook de monetaire unie en de internationale rol van de euro versterken. Toch heeft een dergelijk besluit ingrijpende gevolgen. Gezamenlijk schulden uitgeven betekent namelijk ook dat landen samen verantwoordelijkheid dragen voor een degelijk fiscaal beleid.

    De introductie van Eurobonds zal dus gepaard moeten gaan met meer Europees toezicht op het begrotingsbeleid van landen. Ervaringen uit het verleden zijn weinig hoopgevend, want onder het Stabiliteits- en Groeipact hielden verschillende grote landen zich ook al niet aan de begrotingsregels. Ook probeerde Italië zich vorig jaar te onttrekken aan de Europese begrotingsregels. Zo lang er geen garantie is dat landen zich allemaal aan de regels houden blijft het risico van een transferunie bestaan.

    Eurobonds

    Volgens de vicepresident van de ECB moet er een open discussie plaatsvinden over Eurobonds. Hij zei daar het volgende over.

    “We zouden niet bang moeten zijn voor een open discussie over de noodzaak van een Europese veilige obligatie. Mits goed ontworpen kan een dergelijke Europese obligatie een referentiepunt worden voor investeerders in de Europese kapitaalmarkt. Daarmee verminder je het risico van een kapitaalvlucht tussen nationale staatsobligaties binnen de Eurozone. Ook verminder je het risico op de bankbalansen.”

    De ECB krijgt er volgende maand met Philip Lane een nieuwe voorstander van Eurobonds bij. Hij zal Peter Praet opvolgen als hoofdeconoom van de centrale bank. Lane heeft vorig jaar al een opzetje gemaakt over hoe een dergelijke lening eruit kan zien.

    Eerder deze maand hield ook Vítor Constâncio, voormalig vice-president van de Europese Centrale Bank, een pleidooi voor gezamenlijke uitgifte van schuldpapier. Zie ook dit artikel voor meer informatie.

    Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard




  • Draghi: “Bitcoin is riskant, maar een euro blijft een euro”

    Virtuele munten als de Bitcoin zijn zeer riskante beleggingen, omdat de waarde sterk fluctueert en omdat er geen centrale bank achter staat. Dat zei ECB-president Mario Draghi vorige week tijdens een ‘Youth Dialogue‘ bijeenkomst, waar hij vragen van jongeren beantwoordde. Met de uitspraak ‘een euro blijft altijd een euro’ suggereerde de centraal bankier dat de Europese munt stabiliteit biedt.

    “Virtuele munten, Bitcoins en dergelijke, zijn niet echt valuta. Het zijn bezittingen. Een euro is een euro, vandaag, morgen, over een maand. Het is altijd een euro. En de ECB staat achter de euro. Wie staat er achter virtuele munten? Het zijn dus zeer, zeer riskante bezittingen, waarvan de waarde heftig heen en weer schommelt. Op dit moment zijn ze niet significant genoeg in hun entiteit dat ze onze economieën kunnen beïnvloeden.

    Wij zijn geneigd ze te zien als speculatieve belegging. Zeer risicovol, maar de taak van monitoren en reguleren is niet iets wat betrekking heeft op de centrale bank. Het is meer iets dat onder de verantwoordelijkheid valt van consumentenbescherming, waar je ervoor wilt zorgen dat de mensen die Bitcoins kopen weten wat ze doen en bewust zijn van het risico dat ze lopen.”

    Een euro blijft een euro?

    De uitspraken van Draghi komen niet als een verrassing, want vorig jaar sprak hij zich al eens op vergelijkbare wijze uit over de virtuele munt. Toch valt er het één en ander aan te merken op de stelligheid waarmee Draghi zegt dat een euro altijd een euro blijft. Het is waar dat de euro als rekeneenheid door de jaren heen hetzelfde blijft, maar dat kan zeker niet gezegd worden van de koopkracht. Door inflatie heeft een euro vandaag de dag niet meer zoveel waarde als tien jaar geleden.

    De waarde van de euro is op de korte en middellange termijn inderdaad vrij stabiel, maar dat geldt niet voor de lange termijn. Die tegenstrijdigheid blijkt ook uit de handelswijze van de ECB. Het mandaat van de centrale bank is om te streven naar prijsstabiliteit, terwijl het monetaire beleid juist gericht is op het benaderen van 2% inflatie over de middellange termijn. Door dit beleid kan de centrale bank wel de nominale waarde van een euro garanderen, maar niet de daadwerkelijke koopkracht.

    Kijken we naar de koopkracht van valuta over de lange termijn, dan zien we dat ze allemaal aan waarde verliezen ten opzichte van goud. De volgende grafiek uit een rapport van de World Gold Council laat goed zien hoe alle ongedekte valuta op de langere termijn aan waarde verliezen ten opzichte van het edelmetaal. Als Draghi zegt dat een euro altijd een euro blijft, denk dan ook eens aan onderstaande grafiek.

    Alle valuta verliezen aan koopkracht ten opzichte van goud (Bron: World Gold Council)

    Dit artikel verscheen eerder op Holland Gold