Tag: vertaling

  • Vertaling: Wim Duisenberg speech over de euro

    Willem Duisenberg sprak op 9 mei 2002 wijze woorden over de euro. Over de reden voor de totstandkoming van deze munt en het ‘sociale contract’ dat geld is. De euro kreeg in dat jaar de Charlemagne Prize, een prijs die jaarlijks wordt toegekend aan één of meerdere personen of een organisatie die zich verdienstelijk heeft gemaakt voor de Europese eenwording. Marketupdate biedt u een integrale vertaling aan van de toespraak.

    Wim Duisenberg was vanaf 1998 de eerste president van de Europese Centrale Bank. Vanuit die positie was hij één van de drijvende krachten achter de invoering van de euro. In de zomer van 2003 trad hij af als ECB-president, om deze taak over te dragen aan de Fransman Jean-Claude Trichet. Wim Duisenberg overleed in 2005 op 70-jarige leeftijd in zijn villa in Faucon.

    Dames en heren,

    Voor de eerste keer heeft de Charlemagne Prize Association besloten om geen individu of een groep mensen te vereren, maar een object. U hebt gekozen om de eer toe te kennen aan “de euro – ons geld”.

    Al meer dan een decennium weet de monetaire unie de publieke aandacht op zich te vestigen en is het onderwerp van discussie. De diepte van het gevoel dat de euro heeft gebracht – enthousiasme of vijandigheid – is veel groter geweest dan we gewend zijn in dit weinig glamoureuze veld van economisch management dat we monetaire beleid noemen.

    In feite ging de meeste aandacht niet uit naar de valuta zelf, maar naar de onderliggende politieke visie, waarvoor de munt symbool is komen te staan. Door vandaag de Charlemagne prijs te accepteren namens de euro, wil ik graag de eer doorgeven aan diegene die deze visie voor Europa gesmeed hebben en tot werkelijkheid hebben gemaakt. Onder hen waren Helmut Kohl en François Mitterand, die deze prijs samen wonnen in 1988.

    De visie van een verenigd Europa was geboren – laten we dat niet vergeten – vanuit een wens van vrede van welvaart in een continent dat zo vaak verdeeld is geweest door moorddadige conflicten en dat de wereld twee generaties lang verwikkeld heeft in twee Wereldoorlogen.

    Het zou onnauwkeurig zijn om te zeggen dat de visie van een verenigd Europa louter is voortgekomen uit de horror van de Eerste en Tweede Wereldoorlog. Die visie bestond daarvoor al. Maar het waren deze twee grote oorlogen waaruit de oprichters van het huidige proces van Europese integratie de kracht vonden die eerdere visionairs niet konden vinden. In de jaren twintig rees de Oostenrijkse diplomaat Count Coudenhove-Kalergi op als de oprichter van de Europese beweging. Hij merkte op dat “meer dan de gemeenschappelijke geschiedenis, het de gemeenschappelijk bestemming is, die een verenigd Europees volk noodzakelijk maakt”. Overigens, en niet verbazingwekkend, werd hij de eerste persoon die de Charlemagne prijs kreeg. En zoals Aristide Briand, de Franse staatsman, later uitwees, is het de wederzijdse kwetsbaarheid van de mensen van Europa – vanwege de geografie van ons continent – hetgeen dat de voorwaarden schept voor solidariteit en de behoefte duidelijk maakt voor onderling vertrouwen.

    Dit, in essentie, was de boodschap die Robert Schuman exact 52 jaar geleden verkondigde op deze dag, in zijn beroemde verklaring die leidde tot de oprichting van de Europese Gemeenschap van Kolen en Staal (EGKS). De EGKS wordt door historici over het algemeen erkend als het startpunt van Europese integratie. L’Europe – dit zijn de woorden van Schuman – ne se fera pas d’un coup, ni dans une construction d’ensemble. Elle se fera par des réalisations concrètes, créant d’abord une solidarité de fait. Europa zal niet in één keer gemaakt worden of volgens een eenduidig plan. Het zal gebouwd worden door concrete mijlpalen, die een de facto solidariteit creëerden.

    Hoe de euro bijdraagt aan deze solidariteit – misschien nog wel meer dan welke andere mijlpaal die totnogtoe bereikt is – is waar ik nu als eerste op wil terugblikken.

    Een sociaal contract

    Wat is geld? Economen weten dat geld wordt gedefinieerd door de functies die het vervult, als een ruilmiddel, een rekeneenheid en als een opslag van waarde. Maar, minstens zo belangrijk, geld wordt ook gedefinieerd door de gemeenschap voor wie ze deze functies uitoefent. Omdat het een economisch instrument is voor al haar gebruikers schept ze onderling ook een politieke en culturele band. Denk aan dit simpele feit: we betrekken ons dagelijkse in een uitwisseling van goederen en diensten waarbij we geld gebruiken als ruilmiddel. We bieden onze arbeid aan in ruil voor geld, dat in zichzelf geen waarde heeft. We doen dit alleen omdat we erop vertrouwen dat we dat geld kunnen gebruiken voor de uitwisseling van goederen en diensten. Dit feit zegt op zichzelf al veel over het vertrouwen dat we leggen in het geld. En het zegt nog meer over het vertrouwen dat wij als mensen in elkaar hebben. Vandaar dat geld, in essentie, een sociaal contract is.

    De euro vertegenwoordigt, waarschijnlijk meer dan elke andere valuta, het onderlinge vertrouwen in het hart van onze gemeenschap. Het is de eerste valuta die niet alleen haar koppeling aan goud verbroken heeft, maar ook haar koppeling aan de natiestaat. De euro wordt niet gedekt door de duurzaamheid van het metaal of door de autoriteit van de staat. Precies datgene wat Sir Thomas More vijfhonderd jaar geleden zei over goud – dat het gemaakt is voor mensen en dat het door hen gewaardeerd wordt – sluit goed aan op de euro.

    Elke valuta is een symbool van de gemeenschap die ze dient. Het is een symbool voor de gemeenschap als geheel, maar ze vertegenwoordigt ook de politieke en culturele verbondenheid tussen alle mensen in de gemeenschap. Ik weet zeker dat deze verenigde kracht gevoeld werd – ik zou geneigd zijn te zeggen, fysiek – door diegene die dit jaar van het ene euroland naar het andere gereisd hebben.

    Van één markt naar één valuta

    Het is onvoldoende om te zeggen dat de euro symbool het symbool is van een grote Europese gemeenschap. In feite komt de introductie van de euro ook terug bij de economische belangen die ze materialiseert. In lijn met de functionalistische benadering van Europese integratie die door Schuman en Monnet gehanteerd werd is de bredere Europese visie bereikt door eerst de nadruk te leggen op economische integratie.

    In 1957, toen de Europese Economische Gemeenschap (EEG) tot stand kwam, was het haar doel om een vrijhandelszone te creëren voor de circulatie van goederen, diensten, kapitaal en arbeid. Dit doel werd bereikt met de bekrachtiging van de European Single Act in 1986 en met de creatie van één markt in 1993.

    De vier markten voor goederen, diensten, kapitaal en arbeid zijn precies die markten die het geld moet dienen. Het zijn de grenzen van die markten die het gebied definiëren waarin geld het publiek dient als ruilmiddel, rekenmiddel en spaarmiddel. Bezien vanuit dit perspectief lijkt de conclusie een natuurlijke: als geld een publiek goed is op het niveau van de Europese markt, dan is dat ook het niveau waarop de gemeenschappelijke munt gevestigd moet worden. In de context van de Europese markt was de invoering van een gemeenschappelijke munt de manier om er zeker van te zijn dat de bevolking volledig profijt kan halen uit alle functies van geld. In tegenstelling tot het weghalen van geld van de mensen heeft de monetaire unie juist het geld aan hen teruggegeven.

    Een tweede contract

    Het feit dat de euro economische wortels heeft vermindert haar significantie als een sociaal contract niet. Echter is het succes van de euro, als sociaal contract, alleen mogelijk gemaakt door haar vast te leggen in een tweede akkoord, een constitutioneel contract tussen de burgers die de euro gebruiken en de institutie die de taak heeft gekregen de munt te beschermen.

    De erkenning dat het management van de valuta een politieke functie is, vereist een constitutionele ruggengraat die niet bepaald nieuw is. In 1360 was de Franse bischop en filosoof Nicolas Oresme één van de eerste die succesvol kon beargumenteren dat geld niet toebehoort aan de staat, maar aan “de gemeenschap en aan al haar leden”.

    Men kan de architecten van het Verdrag van Maastricht louter prijzen. Zij erkenden de noodzaak om de functies van geld aan te bieden op een Europees niveau. De architecten van het verdrag begrepen ook dat deze enkele munt haar monetaire functies en haar integrerende kracht alleen kan vervullen zo lang ze haar waarde behoudt. Daarom schreven ze een solide monetaire grondwet om de functionaliteit en de stabiliteit van de munt te waarborgen.

    Het hoofdstuk van het verdrag dat verwijst naar geld is, in essentie, een contract dat de mensen van Europa verbindt aan hun monetaire autoriteit. Zoals ieder contract telt ook deze vijf elementen.

    Als eerste is er de definitie van het belang dat op het spel staat, dat is om de economie en de maatschappij te dienen met een medium dat op een betrouwbare en duurzame manier de drie functies van geld kan vervullen. In een woord uitgedrukt is het doel van dit contract om de integriteit van de munt te behouden.

    Ten tweede beschrijft het contract de institutie die men toevertrouwt voor deze missie. Dat zijn uiteraard de Europese Centrale Bank en de centrale banken van de eurozone, waar men gezamenlijk naar refereert als zijnde het Eurosysteem.

    Ten derde specificeert het contract dat het primaire doel van de centrale bank het behouden van prijsstabiliteit is – wat ook het criterium is voor haar succes. De centrale bank is verantwoordelijk voor alleen dit doel, boven alle andere. De consensus op dit fundamentele punt is afgeleid van academisch onderzoek en empirische ervaring over vele decennia. Over het algemeen wordt aangenomen dat, indien de centrale bank er niet in slaagt de prijsstabiliteit te waarborgen, er weinig overblijft dat een bijdrage kan leveren aan economische groei en voorspoed. In dit opzicht heeft de euro bijgedragen aan zowel de solidariteit als aan de stabiliteit van de gemeenschap die ze dient.

    Het Verdrag van Maastricht bepaalt eveneens de instrumenten waarmee de centrale bank haar missie kan uitdragen – met name haar onafhankelijkheid – en wat de grenzen zijn waarbinnen ze moet opereren.

    Maar geen contract is compleet zonder de specificering van de verantwoordelijkheden van diegene die het contract ondertekenen en de procedures waarmee op de naleving van het contract kan worden toegezien. Het verdrag komt ook tegemoet aan deze zorgen. Mijn collega’s in de Raad van Bestuur van de ECB en ik brengen regelmatig verslag uit aan het Europese Parlement – en daarmee aan het algehele publiek – ten aanzien van ons beleid. Via dit kanaal en via de rapporten die we regelmatig uitgeven over onze activiteiten, kunnen mensen voor zichzelf beoordelen of wij ons aan onze contractuele verplichting houden om de integriteit van het geld te bewaken.

    De legitimiteit en geloofwaardigheid van dit constitutionele contract – waaraan de euro ten grondslag ligt – vertrouwt ook op haar duurzaamheid. Een contract kan geen vertrouwen uitstralen als de voorwaarden ervan voortdurend worden aangepast.

    Nu ik Nicolas Oresme heb genoemd als vroege theoreticus ten aanzien van de rol van geld, zal ik ook zijn woorden citeren met betrekking op dit onderwerp. Woorden die ik, 640 jaar na dato, nog steeds kan beamen: “Moneta debet esse quasi quaedam lex et quaedam ordinatio firma” , geld moet zo degelijk zijn als de wet. Dat is van toepassing op zowel de constitutionele waarde van geld als op haar economische waarde. Het was daarom verstandig dat de architecten van het verdrag ervoor gekozen hebben de monetaire grondwet van Europa niet alleen degelijk te maken, maar het meest degelijke van de hele wereld. In de zin dat ze waarschijnlijk het moeilijkste is om aan te passen.

    Richting een derde contract

    We weten dat de gedurfde stap als het opzetten van een muntunie onderdeel is van een groter proces van Europese eenwording. Niet alleen in economisch, maar ook in politiek opzicht. Vandaag wordt een nieuw pad verkend: de Conventie over de Toekomst van Europa is gevormd. Haar taak is om voorstellen te maken over zowel de verdere constructie van een verenigd Europa als over het stroomlijnen en democratiseren van de structuur van de Unie.

    Als ze deze taak succesvol kan volbrengen, dan zal de Conventie met effectieve en transparante politieke structuren en processen een bijdrage kunnen leveren aan de bestaande economische grondwet. Op dezelfde manier waarop de economische grondwet – omdat ze gebaseerd is op degelijke principes – in staat is de toekomstige uitdaging aan te gaan, zo zal Europa als geheel beter uitgerust zijn om aan de verwachting van haar burgers te voldoen. Het is deze manier, waarop Europa beter in staat zal zijn de uitdagingen aan te gaan waarmee ze geconfronteerd zal worden, of die nou van binnenuit of van buitenaf komen, en om de internationale verantwoordelijkheid aan te nemen evenredig aan haar omvang en relevantie.

    We zouden ons kunnen afvragen wat we mogen verwachten van de Conventie, binnen ons interessegebied en onze verantwoordelijkheid, voor wat betreft de bewaking van de waarde van onze munt. Toen ik Nicolas Oresme citeerde gaf ik impliciet al mijn zienswijze. Ik beschouw de economische grondwet, zoals die er nu ligt en zoals deze in het verdrag is vastgelegd, over het geheel als voldoende. Ze is gebaseerd op degelijke principes en is in staat de uitdagingen van de toekomst aan te gaan. In het bijzonder geldt dit voor de fundamentele kenmerken van de monetaire unie en het ESCB, de instituties van het monetaire contract waar ik zojuist op gewezen heb.

    Conclusie

    Nu het monetaire hoofdstuk van de grondwet voltooid is wil ik mijn opmerkingen verwoorden in een conclusie:

    Al meer dan tien jaar heeft de euro – als een doelstelling – hoop en vrees gekristalliseerd en zowel kritiek als lof ontvangen. Niet alleen in relatie tot het vooruitzicht van een enkele munt, maar ook in relatie tot het hele proces van Europese integratie. De introductie van de euro was een gedenkwaardige gebeurtenis voor Europa, die mogelijk is gemaakt door de twee contracten waarover ik het zojuist heb gehad.

    Als eerste het geld zelf, dat het contract is dat een band schept tussen de mensen van de Eurozone – en die ook banden kan smeden met alle andere gebruikers van de euro, wie dat ook maar mogen zijn. Ondanks het feit dat de euro formeel al meer dan drie jaar bestaat wordt  de realiteit van dit contract pas gevoeld met de komst van bankbiljetten en munten. De bankbiljetten zijn, op hun eigen manier, een fysieke verschijning van het sociale contract dat geld is. De euro staat dus symbool voor de Europese Unie, een gemeenschap van mensen.

    Het tweede contract is het constitutionele contract dat de centrale bank – de Europese Centrale Bank – verbindt met alle burgers van Europa. De bankbiljetten zijn een fysieke vertegenwoordiging van dat contract en mijn handtekening op alle bankbiljetten is daar getuige van.

    Mijn afsluitende woorden, beste President Ciampi, wil ik adresseren aan u en zijn van een meer persoonlijke aard.

    Ongeveer vijftig jaar geleden was Luigi Einaudi een van uw voorgangers als gouverneur van de Banca d’Italia en tevens president van de Italiaanse Republiek. Hij voorzag in de jaren ’20 al de bedreigingen die zich voordeden voor het bewaren van de vrede, en zelfs voor de beschaving, bedreigingen die komen van een vijandige groep verdeelde landen. Hij pleitte voor een verenigd Europa. Tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen hij verbannen was naar Zwitserland, schreef hij met een geweldige vooruitziendheid dat een gemeenschappelijke markt en een gemeenschappelijke munt de manier was waarop Europa herbouwd moest worden.

    U, President Ciampi, heeft verder gebouwd op zijn nalatenschap. In woord en daad heeft u helder uw geloof in een monetaire unie tentoongesteld, in uw Europese geloofsbrieven en uw toewijding voor een verenigd continent.

    Laten we hopen dat Europa op dit pad van eenheid blijft en dat tot het einde zal blijven volgen.

    Ik wil u bedanken voor uw aandacht, en natuurlijk namens onze gemeenschappelijke munt, de euro. Ik bedank de Charlemagne Prize Association voor deze prijs.

    Wim Duisenberg over de euro

    Wim Duisenberg over de euro

    —————————————————

    BronECB

    European Central Bank
    Directorate Communications
    Press and Information Division
    Kaiserstrasse 29, D-60311 Frankfurt am Main
    Tel.: +49 69 1344 7455, Fax: +49 69 1344 7404
    Internet: http://www.ecb.europa.eu
  • Vertaling freegold interview met Koenraad Verheyden

    Begin oktober vorig jaar werd Koenraad Verheyden geïnterviewd door het Freegoldforum. Ik had zelf nog niet van deze man gehoord, maar hij heeft een interessant verhaal te vertellen. Koenraad koopt al veertig jaar goud en begon dus al met het kopen van goud kort na het uiteenvallen van het Bretton Woods systeem in 1971. Hij is dus echt een expert, die kan meepraten over de ontwikkelingen op het gebied van goud en valuta en die vanaf het begin meemaakte hoe de freegold theorie ontstaan is.

    In het onderstaande interview komt de rol van de Amerikaanse dollar aan bod in het heden en in de toekomst. Ook wordt er uitgebreid gesproken over de werking van freegold en de gedachte achter deze theorie. Het onderstaande is een volledig uitgeschreven vertaling van het transcript dat te vinden is op Freegoldforum.com. Het originele interview is opgenomen in het Engels en staat tevens op Youtube. Klik voor die audio opname ook op bovenstaande link. Elke keer als in onderstaande tekst het woord ik gebruikt wordt, dan slaat dat op de interviewer van het Freegoldforum.

    ===========================================================

    FG: Hallo allemaal!

    Vandaag praten we met Koenraad Verheyden, een particuliere belegger die al meer dan veertig jaar goud koopt. Hij heeft op het inteet al veel geschreven over goud en over het freegold concept in het bijzonder. Dat freegold onderwerp maakte mij nieuwsgierig en daarom is het me een genoegen om te praten met iemand die freegold al vanaf het begin heeft meegemaakt.

    Maar voordat we beginnen te praten over het freegold concept, laten we eerst even teruggaan naar het moment waarop het allemaal begon. Dat is inmiddels meer dan veertig jaar geleden. Dat moet direct na het einde van het Bretton Woods systeem geweest zijn.

    Koen: Precies! Het waren de turbulente jaren ’70, waarin we een oliecrisis hadden en waarin Nixon het goudloket sloot. Vanaf dat moment begon het Amerikaanse schuldenprobleem te groeien, het probleem waar we nu nog steeds mee te maken hebben. Dat was toen de belangrijkste reden waarom goud mijn aandacht trok. Toen begon ik goud te bestuderen. Later begon ik goud te kopen, te verhandelen en te verzamelen.

    FG: Ok. Dat is misschien niet helemaal duidelijk voor mensen – zoals ik – die deze periode niet zelf hebben meegemaakt. Kun je die tijd beschrijven voor het publiek? Was het turbulent in politieke zin? Of vanuit monetair perspectief?

    Koen: Het was een zeer, zeer turbulente periode, in alle opzichten. Politiek, sociaal, economisch en financieel. De Amerikaanse dollar, die almachtige wereldreservemunt, kwam onder druk te staan omdat Nixon een einde maakte aan de inwisselbaarheid van dollars voor goud. Dus iedereen die toen nog dollars aanhield als reserve hadden geen recht meer om die reserve ooit nog in te wisselen voor goud! En dat was een eenzijdig besluit, genomen door het dollar regime.

    FG: Het was dus als een schokgolf die door het financiële en monetaire systeem ging?

    Koen: Precies!

    FG: Juist. Wat feitelijk moeilijk te begrijpen is voor mensen zoals ik. Wij zijn opgegroeid in een relatief stabiele tijd, waarin er bijna geen zichtbare inflatie was en waarin er weinig politieke onrust was. Dus het was toen een hele andere tijd.

    Laten we onze blik verschuiven naar het heden, omdat we net zijn verschoven van een liquiditeitscrisis in 2007 en 2008 naar een grootschalige crisis van overheidsschulden. Hoe zou je de economische situatie beschrijven waar we ons nu in bevinden?

    Koen: Nou, dat is samen te vatten in vier woorden: Het is de “schuld gedreven, politieke economie”. De primaire aanjager van deze economie is schuld! Geen economie zonder het opstapelen van schulden. Schulden op schulden! En onze economie wordt door politiek gedreven! We hebben niet de vrije markt zoals we die ons allemaal hebben voorgesteld. Het draait om politiek en schulden zijn politiek. Economie is politiek en politiek is economie!

    FG: Juist, dus de bekende uitspraak dat we een vrije markt hebben en dat die vrije markt in deze crisis gefaald heeft is geen uitspraak waar je het mee eens kunt zijn.

    Koen: Eigenlijk hebben we nooit een vrije markt gekend! Er bestaat niet zoiets als een vrije markt. Alle markten worden gestuurd. Gestuurd door politiek.

    FG: Juist. En ik denk dat er vanaf het begin al sprake was van enige manipulatie in markten. En hoeveel anders is de huidige situatie, vergeleken met het moment veertig jaar geleden waarop je begon met het kopen van goud?

    Koen: Naar mijn mening is het van kwaad naar erger gegaan. Meer politiek en meer schulden, om de simpele reden dat het een systematisch probleem is. En het geen cyclische beweging of een soort bedrijfscyclus, maar een systematisch probleem. Vandaag zien we het resultaat van veertig, vijftig, zestig, bijna zeventig jaar van mismanagement. Een meer en meer politiek gedreven economie. Minder vrije markt en steeds verder verwijderd van het principe van meritocratie. En dat heeft ook effect op ons sociale leven. Mensen verliezen het overzicht. De orgie van schulden stapelen begint de Westerse samenleving compleet te overheersen. En het resultaat daarvan zien we vandaag de dag.

    FG: Juist. Je brengt het woord meritocratie naar voren, in relatie tot het begrip schuld. Ik denk dat je wilt zeggen dat schulden in feite het economische gedrag en de economische functie in onze maatschappij verstoren. Kun je iets meer vertellen over meritocratie en welke relatie dat heeft tot schulden?

    Koen: Ja. Er is in feite niets verkeerd met schulden maken, zo lang het maar productieve schuld is. Maar zodra onproductieve schulden niet meer betaald kunnen worden, de hele economie van de Westerse wereld, zien we dat meritocratie ook vervalt. Denk bijvoorbeeld aan subsidies, over private belangengroepen die onproductieve schulden kunnen uitbuiten voor hun eigen winsten. De schulden in de financiële sector is zo gigantisch groot geworden dat het de wereldwijde fysieke economie is gaan domineren. Normaal gesproken zou het omgekeerd moeten zijn. Je hebt dan een gezonden economie, een fysieke economie, en een dienende financiële sector. In feite hebben we vandaag de dag dus een wereld die ondersteboven hangt.

    FG: Juist.

    Koen: Ja.

    FG: OK. Omdat je het hebt over goede schulden impliceer je dat er ook slechte schulden zijn. Als ik denk aan goede schuld, dan denk ik bijvoorbeeld aan het volgende: In de tijd van de Amerikaanse kolonisatie kon men leningen verstrekken aan een nieuwe kolonie. En met die lening kon met een boerderij bouwen en zichzelf productief maken. Het maken en verkopen van goederen, zodat de lening kon worden afbetaald en men een inkomen kon genereren. If denk dat dat de juiste definitie is van goede schuld.

    Koen: Precies.

    FG: Dus eigenlijk draait onze economie vandaag op slechte schulden?

    Koen: Ja.

    FG: Ok, en als ik daar een voorbeeld van mag geven, dan denk ik aan iemand die een lening afsluit om een vakantie af te betalen. Dat is natuurlijk een complete verspilling van geld omdat er niets productiefs gedaan wordt met die lening. Je bent simpelweg de waarde van die lening aan het veietigen.

    Koen: Ja, en omdat schulden en geld hetzelfde is zorgt onproductieve schuld voor ‘nep geld’.

    FG: Juist. We moeten dus het verschil in gaan zien tussen onze schuldgedreven wereld, wat in feite ons geld is, en de reële economie.
    Omdat de meeste mensen niet vertrouwd zijn met het beleggen in goud beschrijft wordend e mensen die dat wel doen ‘gold bugs’ genoemd. Men denkt dat deze goudbeleggers pleiten voor hard geld en dat ze terug willen keren naar een goudstandaard. Maar jij bent niet één van die mensen die terug verlangt naar een goudstandaard, maar naar iets anders dat freegold heet. Kun je dat uitleggen voor onze luisteraars?

    Koen: Ja. Onder de oude standaard was er een vaste prijs voor goud. Met de nadruk op vaste prijs. Vandaag de dag is dat nog steeds $42,22 per troy ounce. Die standaard met een vaste goudprijs heeft volledig gefaald. Daarom moest Nixon het goudloket sluiten in 1971. Omdat er teveel mismanagement was in de monetaire sfeer groeide de dollarschuld zo astronomisch dat de dollars niet meer ingewisseld konden worden voor fysiek goud. Amerika kon niets anders doen dan stoppen met het inwisselen van dollars voor goud tegen een vaste prijs.

    Vandaag de dag bestaat er nog steeds een soort goudprijs standaard met een vaste goudprijs, maar dan in een andere vorm. De goudprijs wordt gemanipuleerd – of bevroren zoals je wilt – die diegene die graag een dollar willen hebben die even goed is als of beter is dan goud. Dat is natuurlijk belachelijk! Niets kan zo goed zijn als of beter zijn dan goud. Zeker een door schulden overladen valuta niet. Daarom kwam de vraag bij sommigen op: “hoe kunnen we de goudstandaard veranderen”? Die oude vaste dollarprijs van goud. En mensen als Jacques Rueff, die diende onder de Franse regering van de Gaulle, kregen het idee om de goudprijs vrij te laten bewegen. Een vlottende goudprijs.

    Dat idee was voor het dollar regime moeilijk te verteren. Hoe kon het ooit mogelijk zijn dat goud beter is dan de dollar als wereldreservemunt. Ze konden het zich gewoon niet voorstellen. Vandaag de dag is het anders. Het dollar regime zal op een dag de nieuwe situatie moeten accepteren, want de goudprijs komt al steeds meer los en kan steeds vrijer bewegen. En dat is de vrij vlottende Goud-Waarde-Standaard. Je vermogen is verzameld in fysiek goud, dat voor eeuwig waarde en koopkracht kan behouden! En dat is niet het geval met de dollar! Dus het goud laat de wereld langzaam maar zeker zien dat ze beter is dan de dollar. Dat is in het kort het verhaal van wat er gebeurde van 1971 tot en met nu en hoe dat zich nog steeds ontwikkelt.

    FG: OK, dus freegold is eigenlijk een omgeving waarin goud vrij mag bewegen ten opzichte van alle valuta?

    Koen: Ja.

    FG: Je zei dat de goudprijs vandaag de dag nog steeds wordt gemanipuleerd. Dan moet ik er maar van uit gaan dat het wordt gemanipuleerd door diegene die het meest profiteren van de dollarstandaard, de dollar als wereldreservemunt. En dat is de Amerikaanse overheid.

    Koen: Ja.

    FG: Of zijn het misschien de Amerikaanse of inteationale banken?

    Koen: Nee, het is het dollarsysteem, dat beheerd wordt door het dollar regime. En de Amerikaanse dollar is de wereldreservemunt. Iedereen in de hele wereld die een vat ruwe olie of een andere grondstof wil kopen moet dat doen met Amerikaanse dollars. Dus in feite is iedereen op die manier een slaaf van de dollar. Als jouw valuta opgelegd wordt aan de rest van de wereld wil je geen concurrent hebben die zegt: “He, je bent alleen maar een rekeneenheid. 100% schuld.” En wie of wat kan zoiets zeggen? Juist, een stuk goud metaal! Want goud is niemands schuld, het kent geen tegenpartij risico. En aan de andere kant is de dollar het middelpunt van het wereldwijde financiële systeem. En alle andere valuta bewegen rondom de Amerikaanse dollar, de wereldreservemunt. Waarom hebben we wel valuta die vrij ten opzichte van elkaar mogen bewegen, maar geen vrij bewegende goudprijs? Waarom moet de prijs van goud gemanipuleerd worden? Precies om de reden die je noemt in jouw vraagstelling. Het manipuleren van de goudprijs dient het dollarsysteem, waarin de Amerikaanse dollar een monopolie heeft op de rest van de wereld.

    FG: Juist, dus laten we inzoomen op freegold. Je zegt dat we gaan sparen in fysiek goud. Maar daaruit volgen een aantal ingrijpende implicaties. Kijk bijvoorbeeld naar ons huidige monetaire systeem, hoe we vandaag de dag geld gebruiken. We hebben nu nog euro’s in onze portemonnee om mee te kunnen betalen. Hoe ziet dat er onder freegold uit?

    Koen: Natuurlijk, dit zijn modee tijden! We zullen valuta blijven gebruiken, alle valuta. Een valuta is simpelweg een rekeneenheid. Je kunt alles verhandelen in die rekeneenheid, ongeacht welke valuta het is. Maar de valuta die we vandaag de dag hebben zijn geen opslag van waarde meer. Dat is vanwege de simpele reden dat geld als schuld wordt gecreëerd en dat schuld niet kan fungeren als waardeopslag. Dus, wat de wereld in feite nodig heeft is een geschikte manier om waarde in op te slaan. En die bestaat toevallig al meer dan zesduizend jaar. En de enige, die altijd nog hetzelfde is gebleven: het gele edelmetaal!

    FG: Ok. Ik denk dat je uitstekend hbt beschreven dat onze valuta, valuta die zijn gebaseerd op schuld, eigenlijk per definitie niet kunnen fungeren als waardeopslag. Omdat, als we nieuw geld lenen, we daar een rente over moeten betalen. Dat betekent dat de schuld (de geldhoeveelheid) altijd zal blijven groeien in omvang. En dat het daardoor naar verloop van tijd altijd zal blijven dalen in waarde.

    Koen: Juist.

    FG: Ok. Maar als als we elk overschot aan valuta omzetten in fysiek goud, als een vorm van spaargeld, dan zal dat grote gevolgen hebben voor bijvoorbeeld banken. Die houden spaargeld aan als kapitaal, als onderpand voor uitstaande leningen. Ik kan me dus voorstellen dat als er geen spaarrekeningen meer zijn bij banken, dat serieuze gevolgen heeft voor de manier waarop de banken werken. Nietwaar?

    Koen: Nee, omdat we transacties altijd zullen blijven uitvoeren met behulp van valuta. Dit zijn modee tijden en het gebruik van valuta zal altijd blijven bestaan. Maar goud hoeft niet alleen te functioneren als waardeopslag, ook heeft het een disciplinerende werking voor diegene die het financiële en monetaire systeem controleren. Ik zal het uitleggen: Vandaag de dag zijn er suggesties dat commerciële banken goud in hun reserves moeten opnemen, fysiek goud. Simpelweg omdat klanten van de bank die niet meer in valuta willen sparen dan fysiek goud kunnen vragen. Commerciële banken zijn verplicht het fysieke goud te leveren aan hun klanten. Wat doet een klant met de bank als deze zijn goud opvraagt? Hij zegt in feite: “He, ik vertrouw jouw beleid niet meer. Je doet de verkeerde dingen en je hebt een verkeerd beleid. Ik leg mijn vertrouwen weer in goud! Geef mij het goud maar, ik wissel mijn valuta in voor goud. En zodra ik je weer vertrouw en je kunt aantonen dat je goed beleid voert, dan verkoop ik mijn goud misschien wel weer om het weer om te zetten in geld op de bankrekening.” Dat is de disciplinerende werking die uitgaat van goud.

    FG: Ok. Maar als nu er ergens sprake van is, dan is het wel van een gebrek aan discipline. Dus ik denk dat we tenminste wat veranderingen kunnen zien aan de hoeveelheid echt kapitaal dat banken moeten aanhouden. Is het niet?

    Koen: Het punt is dat banken, commerciële banken en investeringsbanken, werken op basis van een fractioneel systeem. En die fractie is zo flinterdun geworden, dat wat er ook gebeurt, een ongeluk (door schulden veroorzaakt uiteraard), de bank zal laten omvallen omdat ze onvoldoende reserves heeft. Nou, hoe simpel zou het zijn als banken bij wet verplicht werden om fysiek goud aan te houden als reserve. Net zoals de Europese Centrale Bank dat vandaag de dag doet. De goudprijs kan dan vrij bewegen en stijgt op die manier mee met de productie van schulden. Groeit de geldhoeveelheid, dan stijgt ook de goudprijs. En goud behoudt altijd haar waarde, het heeft altijd koopkracht, ongeacht de omvang van de schuldenberg. Dus, banken hebben met fysiek goud altijd een betrouwbare en liquide reserve waarop ze kunnen vertrouwen in tijden van stress. En dat is het voordeel van fysiek goud, dat makkelijk te controleren en te beheren is. Goud in het banksysteem heeft een disciplinerende werking, het disciplineert commerciële banken om niet teveel leningen te verstrekken en risicovolle manoeuvres te maken die mogelijk zijn onder het systeem van fractioneel bankieren.

    FG: Juist. Om terug te keren naar wat je zei over goud dat opeisbaar is bij de bank. Dat is misschien zo in België, maar ik ben niet op de hoogte van een soortgelijke verplichting hier in Nederland, dat banken juist spaargeld in goud moeten kunnen uitleveren. Dat is dus een unieke situatie voor het Belgische banksysteem.
    Om verder te gaan: Als we dus overstappen naar een freegold omgeving, wat voor invloed zou dat hebben op de manier waarop banken en landen met elkaar handelen? Denk bijvoorbeeld aan de inteationale betalingsbalans. Kun je uitleggen hoe dat er uit zal zien in freegold?

    Koen: Dat is een goede vraag. Er zal geen goudwisselstandaard zijn, omdat er van de vrij vlottende goudprijs (wat we freegold noemen) al een disciplinerende werking uit gaat. Waarom zou land A, dat een tekort heeft met land B, dat verschil willen opvulen met goud? Nee. Die landen die geen goud hebben, en die niet kunnen vertrouwen op een goudvoorraad, zullen in dat geval arm blijven. Net zoals landen die geen olie of andere waardevolle grondstoffen in de bodem hebben. Die landen moeten dus in staat zijn hun welvaart uit een andere activiteit te verkrijgen. Die zullen dus op de vrije markt goud moeten kopen, met geld dat ze verdienen door een overschot op de handelsbalans.

    FG: Ok. Dus je ziet wel wat verschuiving van het goud, maar het uitgangspunt is dat de economie moet groeien en goederen moet exporteren. Dat is niet zoiets als het vereffenen van een handelsbalans.

    Koen: Nee, de landen die geen olie hebben moeten dollars verdienen met export, om vervolgens met die dollars olie te kunnen kopen. Landen die rijk willen worden en hun reserves willen uitbreiden met goud van een ander land, zullen daar hard voor moeten werken. En ze zullen het buitenland moeten betalen in een betrouwbare valuta om het goud in bezit te kunnen nemen.

    FG: Juist. Om terug te gaan naar de huidige crisis. We horen mensen nauwelijks praten over oplossingen. Maar soms horen we politici de SDR van het IMF noemen als een mogelijke oplossing. Ze beschrijven de SDR als de basis voor een alteatief inteationaal monetair systeem. Geloof je dat de SDR een oplossing is, of denk je dat freegold een beter alteatief is?

    Koen: Nee, de SDR is een complete mislukking. Het is helemaal geen oplossing en dat is het ook nooit geweest. Het is slechts een synthetische valuta, en die is waardeloos. Er zit geen disciplinerende werking achter, net als elke andere valuta op zichzelf. Of het nou een mandje van valuta is of niet. De SDR is compleet waardeloos. Het zit er maar niets te doen.

    FG: Juist, de SDR is eigenlijk ook maar gewoon een vorm van schuld, nietwaar?

    Koen: Ja.

    FG: Juist. Maar als we naar een freegold systeem gaan, dan zijn onze schuldenproblemen nog niet weg. Die zullen niet vanzelf verdwijnen, denk je wel? Ik bedoel, hoe zal dat probleem aangepakt moeten worden onder freegold?

    Koen: Helaas gaat die astronomisch hoge schuld nooit weg. We hebben alleen wat onderpand nodig om de schulden te dekken en het systeem te herkapitaliseren. Vandaag de dag doen we ons uiterste best om die astronomisch hoge schuld liquide te houden. Nu is die liquiditeit geen probleem, omdat we zoveel geld kunnen printen als nodig is. Ik verwijs naar Alan Greenspan, die dat expliciet zei op CNBC. Nu denk ik dat goud, vrij bewegend goud, op een zekere dag, naar mijn zeer bescheiden mening, zal dienen als onderpand voor de schulden. Alleen om die astronomisch hoge schuldenberg te dekken. Het zal fungeren als een soort bodem, een bodem die in tandem zal stijgen met de groeiende schuldenberg, de orgie van schulden. En wie dan geen goud heeft zal buiten de boot vallen. Die zal moeten werken om wat goud te kunnen kopen, anders zullen ze net als Griekenland vandaag de dag buiten de boot vallen.

    FG: Juist, die zullen verdrinken in hun schulden. Er is geen vloer waar ze op kunnen staan, die ze boven water houdt.

    Koen: Juist.

    FG: Ok, dus eigenlijk kun je zeggen dat er nogal een ramp op de weg voor ons ligt te wachten. Dat is iets wat we eerst zullen moeten aanpakken?

    Koen: Ik denk van wel, we stevenen op een ramp af. Omdat de astronomische schuldenberg al haar geloofwaardigheid al heeft verloren. En om al deze schulden weer geloofwaardig te maken moet er een extee factor ingebracht worden en dat is opnieuw goud. Je kunt niet kredietwaardig worden en blijven zonder een beetje fysiek goud in je bezit te hebben. Onmogelijk! Omdat ons geld, onze valuta, onze politiek gedreven economie, een schuld gedreven economie is. Zonder goud is dit systeem niet vol te houden. Maak van goud ‘tier 1’ kapitaal, een opslag van waarde en een reserve. Dan is alles opgelost. Dus we moeten stoppen met goud als probleem te zien. Het is geen concurrent voor de dollar, het is de ultieme manier om schulden te vereffenen. Maak van goud de oplossing, niet het probleem.

    FG: Juist. En als schulden het probleem zijn onder onze crisis, dan zullen diegene die het meest geleend hebben het hardst geraakt worden. In die zin kun je stellen dat die vooral een probleem is van de Westerse wereld en niet zo zeer van de opkomende economieën, laat staan Afrikaanse landen. In sommige landen hebben mensen nauwelijks geld, laat staan hoge schulden.

    Koen: Nee, we zitten allemaal in hetzelfde schuitje, Oost en West. Bedenk dat het ‘Oosten’, de exportlanden, naar schatting 7 tot 8 biljoen dollars in Amerikaanse staatsobligaties aanhouden als reserve. Wat bij hun op de balans van de centrale bank staat als een reserve, is in feite 100% dollarschuld. Wat ze nu dus proberen te doen is om zoveel mogelijk goud te kopen als waar ze hun handen op kunnen leggen. Ze kunnen het niet op de open markt kopen, omdat het daar niet in die hoeveelheden beschikbaar is. Als ze daar goud zouden kopen in de hoeveelheden die ze zouden willen, dan zou de goudprijs onmiddellijk exploderen naar ongelooflijk hoge niveaus. Dus wat doen die landen, China, Rusland en alle andere kleine landen die nog weinig goud hebben, die gaan massaal graven naar goud. Ze verkopen het goud niet en ze exporteren ook niets meer. Ze slaan het op in hun eigen centrale banken en proberen zoveel mogelijk goud binnen te halen uit goudproducerende landen als Zuid-Afrika, Canada en de VS. Maar langzamerhand komen ook deze landen erachter dat er iets gaande is met dat goud, dat de afgelopen twintig tot dertig jaar onder de radar is gebleven. Ze beginnen achterdochtig te worden en willen het goud liever voor hunzelf houden. Maar sommige goudproducerende landen zijn zo arm dat ze eigenlijk wel moeten verkopen wat ze hebben. Die landen verkopen nu hun kostbare ondergrondse goudreserve aan landen die erin geslaagd zijn een overschot te produceren op de handelsbalans.

    FG: Juist, ja, ik zie het. En kun je een tijdlijn schetsen waarin deze ontwikkelingen van het schuldenprobleem zich allemaal afspelen? Sommige zagen het al mis gaan direct na het einde van het Bretton Woods systeem, maar we zijn nu al veertig jaar verder. Binnen welke tijdsspanne zie je een structurele oplossing verschijnen?

    Koen: Dat is echt een moeilijke vraag. Ik zal eerlijkheidshalve een diplomatiek antwoord geven: Eerder vroeg dan laat. Maar nee, ik kan daar geen timing voor geven.

    FG: Dat is eerlijk, maar denk je dat dit nog veertig jaar door zal gaan?

    Koen: Nee, nee, absoluut niet!

    FG: Ok. Laten we teruggaan naar de oorsprong van freegold. Hoe is deze theorie ontstaan? Ik bedoel: het lijkt een erg goed systeem, waarom is het niet eerder bedacht? En waarom gebruiken we het niet vandaag al?

    Koen: Dat is een goede vraag. De afgelopen vijftig jaar hadden de mensen die gingen over het financiële en monetaire systeem echt dat grote probleem met goud. Een dollarstandaard met een vaste goudprijs of een vrij bewegende goudprijs, daar kwamen ze toen nooit helemaal uit. Ik verwijs naar Charles de Gaulle en Jacques Rueff. Die mensen realiseerden dat het dollarsysteem, met de Amerikaanse dollar als wereldreservemunt en goud uit zijn disciplinerende rol, een gigantisch privilege gaf aan Amerika. Door een termijnmarkt voor goud op te zetten kon het dollar regime de goudprijs manipuleren en ‘bevriezen’. De papieren goudmarkt dient geen enkel ander doel dan het bevriezen, controleren en manipuleren van de goudprijs, zodat de Amerikaanse dollar de onbetwiste leider kon blijven. Het is moeilijk om een systeem te veranderen dat al zeven decennia of langer bestaat. Onthoudt dat de Federal Reserve in 1913 werd opgericht, dat is bijna 100 jaar geleden. Het is heel moeilijk om geleidelijk, danwel abrupt, van een vaste goudprijs over te schakelen op een vrij bewegende goudprijs.

    Het zal geleidelijk moeten gaan en dat is precies wat de Europese Centrale Bank wil doen. Door vier keer per jaar de goudvoorraad van het Eurosysteem opnieuw te waarderen naar de actuele marktprijs (red: zie hier een grafiek van de waardeontwikkeling van de Europese goudvoorraad) dwingt het de dollar niet tot overgave, om van de een op de andere dag plaats te maken voor goud als reserve. Dat zou een zodanig grote schok teweeg brengen dat het de wereldwijde economische, financiële en monetaire balans omver werpt. We moeten het geleidelijk doen (red: zie hier een grafiek die laat zien hoe goud een steeds groter gedeelte van de reserve is geworden binnen het Eurosysteem). Hoeveel tijd dat kost, ik weet het niet. We begonnen ermee in 1999, met de geboorte van de euro. De goudprijs is sindsdien met gemiddeld 17% per jaar gestegen. Dat is heel erg fijn voor iedereen die al zijn spaargeld in goud heeft zitten.

    FG: Absoluut. En je noemt denk ik een belangrijk onderwerp. Het freegold concept wordt eigenlijk al omarmd door die centrale banken die hun goudvoorraad periodiek herwaarderen tegen de marktprijs van dat moment (red: zie hier een wereldkaart van landen die hun goudvoorraad al laten waarderen tegen de bewegende marktprijs van dat moment). Dat is uiteraard de ECB, maar dat zijn ook de centrale banken van de BRIC-landen. Maar niet de VS. In dat opzicht, hoe zie je de toekomst van de dollar dan voor je? Ik kan me voorstellen dat de mensen die profiteren van het huidige privilege van de dollar dat graag zo lang mogelijk vast willen houden. Zie je de dollar uiteindelijk ook bewegen in de richting van freegold?

    Koen: Dat is een moeilijke vraag. Ja, ze zullen uiteindelijk wel moeten. Dat is omdat ze momenteel de enige zijn die het goud zelf niet op de balans zetten als een reserve. Het Amerikaanse goud ligt bij het ministerie van Financiën, niet bij de Federal Reserve. Dus zo lang de dollar blijft functioneren in de rol die de valuta nu nog heeft, zal het ministerie van Financiën geen medewerking verlenen om de goudprijs vrij te laten bewegen. En daar heeft de rest van de wereld vrede mee, omdat ze het dollarsysteem niet willen dwingen in het freegold model van een vrij bewegende goudprijs. Ze nemen zelf het initiatief, stap voor stap. Landen als China, Rusland, de olie producerende landen in het Midden-Oosten, Europa, zelfs Mexico en Zuid-Amerika. Die voegen al goud aan de balans van hun centrale banken toe. De landen die veel goud in de grond hebben zitten, zoals Canada en Australië, die hoeven niet meer goud op de balans te zetten. Hun goudreserve zit gewoon in de grond.

    De vraag is dus, wanneer gaat Amerika overstappen op freegold? Uhm, ik ben geneigd te zeggen dat ze dat nooit zullen doen. Maar we weten niet hoe de dingen in de wereld zullen veranderen. Komt er ooit een oorlog tussen Amerika en China? Zal China de wereld gaan overheersen? Dat zijn echt vragen die ik vandaag niet kan beantwoorden.

    FG: Natuurlijk. Maar ik ben gewoon nieuwsgierig om erachter te komen: Als blijkt dat Amerika geen discipline wil accepteren ten aanzien van hun groeiende schuldenberg, stevent het land dan niet rechtstreeks af op hyperinflatie?

    Koen: Ja. Amerika zal nooit, maar dan ook nooit enige monetaire of financiële discipline aanvaarden zoals Europa dat doet. Integendeel, ze zullen de hele wereld hetzelfde gebrek aan discipline willen opleggen dat ze zelf heeft. Alleen omdat ze de grootste zijn, de leider, zijn ze het machtigste. Ze willen nog steeds de dollar opleggen aan de rest van de wereld. Dat zal dus op een dag gaan veranderen en op dat moment zal Amerika proberen een nieuw Bretton Woods systeem in elkaar te zetten, dat de positie van Amerika opnieuw zal verstevigen.

    Maar de wereld is veranderd. Deze wordt niet meer geregeerd door een dominant Amerika en en volgend Europa. Nu hebben we ook China en het Oosten. De Aziatische macht is aan het opkomen en Amerika zal het heel moeilijk vinden om Europa als trans-Atlantische partner te behouden. Ik zie Europa verschuiven richting het Oosten. En dan staat Amerika een hele moeilijke tijd te wachten. Ik zie dat al in toenemende mate gebeuren. We weten niet hoe Amerika zal reageren op deze grote verschuiving. Amerika zal zich ooit realiseert dat het macht aan het verliezen is. We weten niet wat er dan gaat gebeuren. Een WO III? Ik weet het niet.

    FG: Eén ding is zeker, er liggen interessante tijden voor ons.

    Koen: Exact.

    FG: Juist. Om even samen te vatten: Hoe kwam je in contact met het concept van freegold?

    Koen: Nou, dat is meer bij toeval. Het staat gewoon op het inteet en heet de “Gold Trail”. De gold trail is een forum op het inteet dat door twee personen werd volgeschreven met freegold theorie. Deze personen, die de schuilnamen ‘Another’ en ‘Friend of Another’ (FOA) gebruikten, schreven 200 pagina’s aan freegold theorie. Het is zo’n fascinerend verhaal, ik kan iedereen adviseren om het te gaan lezen. Lees “Gold Trail”, zo simpel is het.

    FG: Ik kan me daar volledig bij aansluiten, het is een zeer interessant verhaal. Vooral omdat het al vanaf 1998 is geschreven. Dat is dus al enige tijd geleden.

    Koen: Ja, inderdaad.

    FG: Zeker. Heel erg bedankt dat u met ons wilde praten. Het was een groot genoegen.

    Koen: Het was me een genoegen.