De Amerikaanse dollar is nog steeds de belangrijkste valuta in de wereld, maar kan de Chinese yuan deze rol overnemen? Deze vraag staat centraal in een nieuwe aflevering van Tegenlicht. Financieel journalist Maarten Schinkel ging op onderzoek uit en sprak met verschillende handelaren en economen over de opmars van de yuan.
In 2015 werd Chinese yuan werd opgenomen in het valutamandje van het IMF. In 2018 werd het voor het eerst ook mogelijk om olie in yuan te verhandelen. Ook hebben de centrale banken van Rusland en het Eurosysteem de afgelopen jaren meer Chinese yuan aan hun reserves toegevoegd.
Wat zijn de ambities en beweegredenen voor China om haar eigen munt te promoten? En wat voor gevolgen heeft dat voor de geopolitieke en economische machtsverhoudingen in de wereld?
De Russische president Poetin heeft dit jaar al meerderekeren zijn onvrede uitgesproken over de rol van de dollar als wereldreservemunt. Hij is van mening dat de Verenigde Staten de dollar als politiek wapen gebruiken om andere landen onder druk te zetten, waaronder ook Rusland. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het land alle mogelijkheden aangrijpt om haar afhankelijkheid van de Amerikaanse valuta te verkleinen.
Onlangs nog presenteerde de directeur van de Russische bank VTB een nieuw plan, dat beschrijft hoe banken en bedrijven betalingen in dollars kunnen omzetten naar andere valuta. Dit plan kreeg niet alleen steun van het Russische Ministerie van Financiën en de centrale bank, maar ook van president Poetin zelf. Daaruit kunnen we concluderen dat Rusland daadwerkelijk stappen probeert te zetten in deze richting.
De-dollarisatie
Verschillende personen binnen de Russische regering hebben hun ongenoegen al uitgesproken over hun afhankelijkheid van de dollar, de munt waar vandaag de dag internationaal de meeste goederen in worden afgerekend. De wens van Rusland is om over te stappen naar handel in lokale valuta en waar mogelijk ook alternatieve betaalsystemen te gebruiken. De woordvoerder van het Kremlin, Dmitry Peskov, zei daar onlangs nog het volgende over.
“Meer en meer landen, niet alleen in het oosten maar ook in Europa, beginnen na te denken over hoe ze hun afhankelijkheid van de dollar kunnen verkleinen. En dan realiseren ze zich plotseling dat dit a) mogelijk is, dat het b) noodzakelijk is en c) dat je jezelf kunt redden als je daar snel meer begint.”
Ook de gouverneur van de Russische centrale bank, Elvira Nabiullina, steunt het initiatief van Rusland om minder afhankelijk te worden van de dollar. In een verklaring tegenover de Financial Times zei daar het volgende over.
“Ik steun de richting van meer betalingsverkeer in de nationale munteenheid. Dat moet doorgaan waar dat economisch gezien geschikt is, rekening houdend met de belangen van onze exporterende bedrijven, maar de richting is desalniettemin veelbelovend.”
Handel in andere valuta
Door de toegenomen handel met China en andere Aziatische handelspartners is het totale marktaandeel van de dollar in het internationale handelsverkeer de laatste jaren al wat gedaald, maar de munt was vorig jaar met een marktaandeel van 68% nog steeds de belangrijkste handelsmunt voor Rusland.
Rusland zal samenwerking moeten zoeken met de Europese Unie en handelspartners zoals China, India, Iran en Turkije om betalingen in lokale valuta van de grond te krijgen. Het verhandelen van olie en gas in bijvoorbeeld roebels, yuan of euro’s ligt het meest voor de hand, omdat dat de belangrijkste exportgoederen van Rusland zijn en omdat ze deze grondstoffen vooral aan Europese en Aziatische landen levert.
Toch zal het niet makkelijk zijn om een alternatief voor de dollar te ontwikkelen. Konstantin Korishchenko, voormalig vice-president van de Russische centrale bank, zei daar in een verklaring tegenover de Financial Times het volgende over:
“De-dollarisatie is tot in zekere mate mogelijk, maar het is niet de vraag of je het territorium van de dollar wilt verlaten, maar waar je vervolgens naartoe wilt. Euro? Yuan? Bitcoin? Wat is het model van dit nieuwe systeem?
Er is niet één oplossing, er kunnen meerdere keuzes zijn. En die hebben allemaal hun eigen kosten. We moeten balanceren tussen de kosten van de dollar en de kosten van het vinden van een nieuwe situatie. Je kunt niet zeggen: Oké, laten we afstand nemen van de dollar en olie in euro’s verhandelen. Libië heeft het geprobeerd en faalde. Irak heeft het geprobeerd. De rol van de dollar in de oliemarkt zal niet snel veranderen.”
De Amerikaanse dollar is geen betrouwbaar betaalmiddel meer voor het internationale handelsverkeer, zo verklaarde de Russische minister van Financiën Anton Siluanov afgelopen weekend in een interview met de Russische publieke zender Rossiya 1. Rusland zou volgens de minister moeten overwegen nationale valuta te gebruiken in het grensoverschrijdende betalingsverkeer. Ook de euro wordt genoemd als alternatief voor de dollar.
“We hebben onze investeringen in Amerikaanse activa aanzienlijk teruggebracht. In feite is de dollar, wat beschouwd wordt als internationale valuta, een riskant betaalmiddel geworden.”
In een persconferentie tijdens het BRICS-overleg in Zuid-Afrika eerder dit jaar sprak de Russische president Poetin ook al zijn zorgen uit over de veiligheid van de dollar als internationale valuta. Hij waarschuwde de VS om de dollar niet als politiek wapen in te zetten tegen andere landen.
Nieuwe sancties
Deze uitspraken van de minister volgen op het besluit vanuit Washington om nieuwe sancties op te leggen aan Moskou, waardoor bepaalde goederen die van belang worden geacht voor de nationale veiligheid niet meer naar Rusland geëxporteerd kunnen worden. Deze nieuwe sancties worden door de Verenigde Staten uitgelegd als een vergeldingsmaatregel voor de vergiftiging van de Skripals eerder dit jaar. Rusland werd in deze zaak door veel Westerse landen als verdachte aangemerkt, maar tot op heden zijn daar geen harde bewijzen van gevonden.
Minister Siluanov liet weten dat de Amerikaanse sancties ‘onprettig’ zijn, maar zeker niet ernstig. Door de nieuwe sancties heeft Rusland besloten de investeren in de Amerikaanse economie tot een minimum terug te brengen en een groot deel van haar reserve in Amerikaanse staatsobligaties te verkopen. De regering in Moskou heeft echter geen plannen om Amerikaanse bedrijven in Rusland dwars te zitten, omdat deze werkgelegenheid met zich meebrengen voor de lokale bevolking.
Goud is de ultieme wereldmunt en een goede verzekering van je vermogen. Dat zei Alan Greenspan in een openhartig interview met de World Gold Council. Hij verwacht dat een oplopende inflatie zich uiteindelijk zal vertalen naar een hogere goudprijs.
Greenspan ziet goud als de primaire wereldmunt, omdat het edelmetaal geen tegenpartij risico heeft. Hij merkt op dat niemand goud zal weigeren als betaling voor schulden, omdat het een betaalmiddel met intrinsieke waarde is. De waarde van schuldpapier wordt daarentegen door de kredietwaardigheid van de tegenpartij bepaald.
Stagflatie
De voormalig centraal bankier van de Federal Reserve zegt zich nog steeds grote zorgen te maken over de wereldeconomie, omdat de economische groei al jaren achterblijft bij de inflatie. In de Verenigde Staten steeg de productiviteitsgroei de afgelopen vijf jaar met gemiddeld slechts 0,5%, terwijl dat voor de crisis van 2008 nog ongeveer 2% was.
Een stagnerende economie in combinatie met een oplopende inflatie wordt door economen ook wel stagflatie genoemd. Stagflatie is vandaag de dag een serieuze dreiging, omdat centrale banken niet veel speelruimte hebben om de rente te verhogen of te verlagen. Een lagere rente zorgt voor nog meer inflatie, terwijl bij een stijgende rente de schuldenlast onhoudbaar dreigt te worden.
Goudstandaard
Volgens Greenspan kan goud opnieuw een rol gaan spelen in het internationale monetaire systeem. Zo acht hij het nog steeds mogelijk om terug te keren naar een goudstandaard. Dat zou weliswaar als een wanhoopsdaad gezien worden, maar daarmee voorkom je op lange termijn dat je dezelfde schuldenproblematiek krijgt die vandaag de dag het economische nieuws domineert.
Greenspan merkt op dat de goudstandaard aan het einde van de negentiende eeuw goed werkte, maar dat het systeem begin twintigste eeuw ten onder ging aan politieke ambities. Hij verwijst naar het voorbeeld van Groot-Brittannië, dat na de Eerste Wereldoorlog haar munt tegen dezelfde koers aan goud wilde koppelen als voor de oorlog. Dat bleek een catastrofale zelfoverschatting, omdat de Britse economie door de oorlog structureel verzwakt was. Er volgde een periode van ernstige deflatie, die pas verholpen werd met het loslaten van de goudkoppeling in 1931.
Lees het hele interview in de februari editie van de Gold Investor.
Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.
In 1988 publiceerde de Economist een coverartikel over de komst van een nieuwe wereldmunt, die nationale valuta van alle grote economieën op een gegeven moment overbodig zal maken. Een nieuwe wereldmunt is de logische vervolgstap in een globaliserende wereld die door telecommunicatie steeds kleiner wordt, zo luidt de conclusie.
Een nieuwe wereldmunt betekent het opgeven van monetaire soevereiniteit, die op dat moment sowieso al zeer beperkt was door de tucht van de wereldwijde financiële markten. Kapitaalstromen zijn al groter dan de goederenstromen tussen landen, wat betekent dat een ongunstig monetair beleid in het ene land razendsnel een uitstroom van kapitaal tot gevolg zal hebben. Een wereldmunt is daarom onvermijdelijk voor stabiele prijzen en economische groei, zo luidt de conclusie van het artikel.
Bereid je voor op een nieuwe wereldmunt
Economist, 1 september 1988, pag. 9-10
Over dertig jaar zullen Amerikanen, Japanners, Europeanen en mensen in veel andere rijke landen en in sommige relatief arme landen hun boodschappen afrekenen met dezelfde munt. De prijzen zullen niet in dollars, yen of Duitse marken vermeld worden, maar in laten we zeggen de Phoenix. De Phoenix zal de gewenste munt worden voor bedrijven en consumenten, omdat het gemakkelijker zal zijn dan de nationale munten van vandaag de dag, die tegen die tijd gezien zullen worden als een eigenaardige bron van verstoringen in het economische leven van de afgelopen eeuw.
Aan het begin van 1988 lijkt dit een uitzinnige voorspelling. Voorstellen voor een eventuele monetaire unie waren er vijf tot tien jaar geleden, maar die konden de terugval van 1987 niet voorkomen. De overheden van de grote economieën probeerden een paar centimeter dichter bij een meer gecontroleerd systeem van wisselkoersen te komen. Een logische voorbode, zo lijkt het, voor radicale monetaire hervormingen. Vanwege gebrek aan coördinatie in het onderliggende economische beleid werd het een grote mislukking, ze provoceerden de rentestijging die in oktober de crash op de aandelenmarkt veroorzaakte. Deze gebeurtenissen schrikten wisselkoers hervormingen af. De marktcrash leerde hen dat doen alsof er sprake was van samenwerking slechter kan zijn dan niet doen en dat nieuwe pogingen om valuta aan elkaar te koppelen zouden voortmodderen zo lang er niet meer daadwerkelijke samenwerking plaatsvindt (en overheden een deel van hun economische soevereiniteit opgeven).
De nieuwe wereldeconomie
De grootste verandering in de wereldeconomie sinds begin jaren ’70 is dat kapitaalstromen de goederenstromen hebben vervangen als drijvende kracht achter de wisselkoersen. Als gevolg van ongelimiteerde integratie van de financiële markten kunnen verschillen in nationaal economisch beleid de rente (of de verwachting daarvan) maar beperkt beïnvloeden. Echter, ze kunnen gigantische verschuivingen van financiële activa van het ene naar het andere land veroorzaken. Deze geldstromen marginaliseren de invloed van goederenstromen op vraag en aanbod van verschillende valuta. Met de verdere ontwikkeling van telecommunicatie zullen deze transacties nog goedkoper en sneller worden. Zonder een gecoördineerd economisch beleid zullen valuta alleen maar meer volatiel worden.
Op alle manieren zullen landelijke economische grenzen langzaam vervagen. Als deze trend doorzet zal een muntunie tussen tenminste de grote industriële landen voor iedereen onweerstaanbaar worden, behalve dan voor overheden en valutahandelaren. In de Phoenix zone zullen economische aanpassingen op verschuivingen in de relatieve prijzen geleidelijk en automatisch verlopen, zoals dat nu gaat tussen verschillende regionen binnen grote economieën. De afwezigheid van het valutarisico zal de handel, de investeringen en de werkgelegenheid stimuleren.
Monetair beleid
De Phoenix zone zal strenge beperkingen opleggen aan nationale overheden. Er zal geen ruimte meer zijn voor zoiets als een nationaal monetair beleid. Het wereldwijde aanbod van de Phoenix zal bepaald worden door een nieuwe centrale bank, mogelijk voortgekomen uit het IMF. De wereldwijde inflatie – en binnen een smalle bandbreedte ook de landelijke inflatie – zal onder haar verantwoordelijkheid vallen.
Ieder land zou belastingen en overheidsbestedingen kunnen gebruiken om tijdelijke dalingen in de vraag op te vangen, maar ze zou geld moeten lenen om het begrotingstekort te dichten, in plaats van het geld bij te drukken. Zonder de mogelijkheid van een inflatiebelasting worden overheden en hun schuldeisers gedwongen zorgvuldiger om te gaan met het geld dat ze uitgeven respectievelijk uitlenen. Dit betekent een groot verlies voor de monetaire soevereiniteit, maar de trend die de Phoenix zo aantrekkelijk maakt zou die soevereiniteit sowieso al wegnemen. Zelfs in een wereld van meer of minder mate van flexibele wisselkoersen zien de individuele overheden de onafhankelijkheid van hun beleid ingeperkt worden door de grote boze buitenwereld.
Wereldmunt
Nu de volgende eeuw nadert duwen natuurlijke krachten de wereld richting economische integratie. Dat geeft overheden wereldwijd globaal twee keuzes. Of ze gaan met de stroom mee, of ze werpen barricades op. Voorbereiden op de Phoenix betekent minder zogenaamde en meer daadwerkelijke samenwerking in het beleid. Dat betekent het toestaan en daarna actief promoten van het gebruik van de internationale munt, naast de lokale munt. Daarmee worden de mensen in staat gesteld met hun portemonnee te stemmen voor de uiteindelijk verschuiving richting een volledige muntunie. De Phoenix zal waarschijnlijk beginnen als een cocktail van nationale valuta, net als de Special Drawing Rights (SDR) vandaag de dag. Na verloop van tijd echter zal de waarde van deze nieuwe munt ten opzichte van de lokale munt irrelevant worden, omdat de mensen zullen kiezen voor het gemak en de stabiele koopkracht van die nieuwe wereldmunt.
Het alternatief - het behoud van een autonoom beleid - zal gepaard gaan met een snelle toename van werkelijk draconische controles op handelsstromen en kapitaalstromen. Deze koers geeft overheden werkelijk een schitterende tijd. Ze kunnen dan de wisselkoersen manipuleren, onbeperkt fiscaal en monetair beleid uitzetten en de daarop volgende golven van inflatie bestrijden met maatregelen die de prijzen en lonen beïnvloeden. Het vooruitzicht is een verlamming van de economische groei. Noteer de Phoenix voor rond het jaar 2018 en verwelkom deze als het zover is.
De herrijzing van de Phoenix wereldmunt uit het as van de nationale valuta, de vernietiging van nationale valuta door hyperinflatie. De Phoenix (vertaald: Feniks) is natuurlijk een verborgen metafoor. Uit de vernietiging, het as van de oude wereldorde, ontstaat volgens sommigen de Luciferiaanse wereldorde als een Phoenix.
Na de ontkoppeling van de dollar aan goud in 1971 ontstond er binnen de organisatie van olieproducerende en exporterende landen (OPEC) de discussie of het nog wel verstandig was om olie in dollars af te rekenen of dat er gekeken moest worden naar een alternatieve munt. Deze discussie kwam op gang door de aanhoudende daling in de waarde van de dollar ten opzichte van andere wereldmunten zoals de Duitse mark en de Japanse yen.
De belangrijkste thema’s van het debat waren de stabiliteit van de olieprijs enerzijds en de koopkracht van de olie-opbrengsten van de olieproducerende landen anderzijds. Dit blijkt ook uit diverse Wikileaks cables uit 1974:
“Er zal spoedig een Arabisch topoverleg gehouden worden waarin de kwestie van olie besproken wordt. De betaling van olie vindt niet meer plaats in dollars die converteerbaar zijn in goud, maar in gedevalueerd papiergeld. Koning Feisal observeerde dat olievoorraden in de grond meer waard zijn dan tegoeden bij de Chase Manhattan Bank.” (Bron: Wikileaks)
“Het financiële team van Saoedi-Arabië zette vraagtekens bij de wenselijkheid om olie te verkopen voor papieren bezittingen, zonder middelen om die papieren bezittingen te beschermen tegen inflatie en depreciatie. De VS moet nu de leiding nemen en een systeem van geïndexeerde obligaties opzetten om de overschotten van olieproducerende landen te beschermen tegen inflatie of een devaluatie, zodat de druk op de [opwaartse] olieprijs verlicht kan worden.” (Bron: Wikileaks)
Door de devaluatie van de dollar en het vooruitzicht van een verdere waardedaling van de munt kwam de vraag naar voren of de olieprijs niet beter in een mandje van valuta uitgedrukt kon worden, zodat de koopkracht van olieproducerende landen beter op peil zou blijven. Maar de beperkte liquiditeit van andere valuta was op dat moment de grootste belemmering om olie in een andere munt af te rekenen. Het zou leiden tot excessieve fluctuaties in de wisselkoersen van verschillende valuta. Alleen de dollar was op dat moment liquide genoeg om wereldwijd olie in af te rekenen.
Maar door de komst van de euro werd dit debat nieuw leven ingeblazen. De euro werd door een groot aantal landen ingevoerd en was daarmee opeens een liquide munt die tegenwicht kon bieden aan de dollar. Een ander voordeel was dat de eurolanden samen al een substantiële handelsrelatie onderhielden met de olieproducerende landen van de OPEC. Met de euro kwam er een alternatieve munt op het wereldwijde toneel die geschikt was om alle olie in te verhandelen.
Petrodollar
Begin jaren '70 werd de olie door OPEC landen nog uitsluitend in dollars verhandeld. Maar toen de Amerikaanse munt tussen 1971 en 1973 onder druk kwam te staan en twee keer gedevalueerd werd besloten de OPEC landen hun productie te verlagen en uit protest de olieprijs te verhogen van $3 naar $12 per vat.
Sindsdien is er veel discussie geweest over de waardedaling van de dollar, omdat olieproducerende landen door de waardedaling van de dollar een deel van hun opbrengst zagen verdampen. Dat gebeurde ook in het voorjaar van 2002, toen de dollar flink in waarde daalde ten opzichte van de Japanse yen (-19,3%), de euro (-28,8%), de Zwitserse frank (-25,4%) en het Britse pond (-18,6%). Iedere waardedaling van de dollar ten opzichte van andere valuta betekende een rechtstreeks verlies voor de olieproducerende landen, omdat hun koopkracht daardoor daalde.
De instabiliteit van de dollar zorgde voor een oneerlijke situatie, omdat deze sommige landen veel slechter uitpakte dan voor andere. Vooral landen met een overschot op de handelsbalans werden benadeeld, omdat ze vooral dollars als reserve aanhielden. Dat waren industriële landen als Duitsland en Japan, maar ook olieproducerende landen.
De grote vraag waar olieproducerende landen zich tot op de dag van vandaag mee bezighouden is of de dollar nog wel de meest geschikte munt is om olie in af te rekenen. Want waarom zou je als olie exporterend land nog dollars willen ontvangen, als je de meeste handel drijft met Europese landen? De volgende twee grafiek uit het artikel 'Euro Pricing of Crude Oil: An OPEC's Perspective' laten achtereenvolgens zien waar de OPEC-landen de meeste olie naartoe exporteren en uit welke economische zone ze de meeste goederen importeren.
Waar exporteren de OPEC landen de meeste olie naartoe?
OPEC landen importeren meer goederen uit Europa dan uit de VS
Uit deze grafieken kunnen we in één oogopslag zien dat er grote verschillen zijn tussen de OPEC-landen. Nigeria en Venezuela blijken veel meer olie naar de VS exporteren dan naar de EU, terwijl landen als Algerije, Libië en Iran juist veel meer olie naar de EU exporteren. Voor landen als Indonesië, Qatar, Koeweit en de Verenigde Arabische Emiraten blijkt Azië een belangrijke afzetmarkt te zijn.
Wanneer olieproducerende landen hun goederen uit de Verenigde Staten importeren kunnen zij die dollars direct weer gebruiken. Maar als ze veel meer handel drijven met landen buiten de dollarzone, dan moeten ze hun oliedollars eerst omwisselen. En een dollar die in waarde fluctueert betekent dus ook dat de koopkracht van de dollaropbrengsten onzeker is. Olieproducerende landen die vooral handel drijven met Europa worden in het huidige systeem benadeeld door een waardedaling van de dollar, zelfs als de prijzen in euro's stabiel blijven.
In het artikel 'Euro Pricing of Crude Oil: An OPEC's Perspective' lezen we dat de OPEC landen in de periode van 1981 tot en met 2002 ongeveer 37% van hun import uit de Europese Unie haalden, tegenover slechts 14% uit de Verenigde Staten. Daardoor worden veel landen die olie exporteren en importeren benadeeld, omdat ze door het petrodollar systeem een onnodig wisselkoersrisico lopen.
Zoektocht naar alternatieven
De OPEC heeft verschillende alternatieven bekeken om te compenseren voor een waardedaling van de Amerikaanse dollar. Al in januari 1972, slechts enkele maanden na het loslaten van de koppeling tussen de dollar en goud, werd het plan besproken om de olieprijs aan te passen op de waardedaling van de dollar ten opzichte van goud. Uiteindelijk werd er toch een andere oplossing gekozen, namelijk om de olieprijs te baseren op een mandje van negen verschillende valuta van grote ontwikkelde economieën.
Vanaf 1973 werden daar twee valuta aan toegevoegd en werd tevens besloten dat de berekening van de olieprijs voortaan iedere maand in plaats van eens per kwartaal uitgevoerd zou worden. Maar ook dit systeem hield niet lang stand, het werd al in oktober 1973 weer losgelaten.
Een derde plan kwam in 1975, toen de Special Drawing Rights (SDR) van het IMF naar voren werd geschoven om de dollar te vervangen als rekeneenheid voor olie. De SDR zou oorspronkelijk bestaan uit 16 verschillende munten, maar uiteindelijk werden het er in 1981 slechts vijf: de Amerikaanse dollar, de Duitse mark, de Franse franc, de Japanse yen en het Britse pond.
Ook de SDR bleek geen werkbare oplossing voor de olieproducerende landen, omdat het niet zeker was dat de SDR haar waarde zou behouden ten opzichte van de dollar en omdat het voor landen problematisch zou worden om alle valuta uit dit valutamandje te kunnen bemachtigen. Ook was er destijds onvoldoende coördinatie tussen de geïndustrialiseerde landen om de waarde van de SDR stabiel te houden.
Euro als alternatief voor de petrodollar?
Met de euro kwam er eindelijk een alternatief voor de Amerikaanse dollar. Al vanaf de oprichting werd de munt neergezet als een breed gedragen project, waar vanaf het begin twaalf verschillende landen aan deelnamen. De regio die de euro invoerde vertegenwoordigde op dat moment 16% van de wereldeconomie, terwijl de VS op dat moment met een aandeel van 21% de grootste economie was. Ook had de eurozone al vanaf het begin een solide fundament, vanwege het evenwicht op de betalingsbalans en de omvangrijke goudvoorraad van alle deelnemende landen. Ook beschikten de landen van de Eurozone over een zeer liquide kapitaalmarkt.
Daarmee is de euro misschien wel de valuta die men in de jaren '70 en '80 in gedachten had als alternatief voor de Amerikaanse dollar. Sinds 2002 is het draagvlak van de euro alleen maar verder toegenomen.
Werd de euro bij de lancering nog door twaalf landen ingevoerd, inmiddels zijn er achttien landen die de munt gebruiken. De Eurozone vertegenwoordigt inmiddels een economisch blok van 330 miljoen inwoners, vergelijkbaar met de Verenigde Staten.
Rusland en Iran willen dollar verbannen
Sinds de invoering van de euro hebben verschillende landen al pogingen ondernomen om olie niet langer in dollars af te rekenen. Saddam Hussein wilde voor de Amerikaanse inval van Irak de olie in euro's afrekenen, terwijl Iran in 2008 een beurs opzette om olie in andere valuta te kunnen verhandelen, waaronder euro's. Iran vraagt al sinds 2007 euro's voor de olie die ze aan China verkoopt en sinds begin dit jaar wordt ook de export van olie naar India en Europa in euro's afgerekend.
Ook Rusland, een van de grootste olieproducenten ter wereld, heeft ook al verschillende hints gegeven om olie in een andere valuta af te rekenen. Vorig jaar zei president Poetin op de Iraanse televisie dat hij olie niet langer in dollars wil afrekenen. Het land had toen al met verschillende handelspartners gesprekken gevoerd om olie en andere grondstoffen in andere valuta af te rekenen.
Al in 2010 suggereerde Poetin dat Rusland op een dag de euro zal gebruiken. Hij beschouwde de euro als een 'stabiele wereldmunt' en constateerde dat een toenadering van Rusland en Europa onvermijdelijk is. Het overweldigende monopolie van de dollar maakt de wereld kwetsbaar, zo concludeerde Poetin destijds. Ook zijn politieke rechterhand Medvedev liet een aantal jaar geleden al weten dat hij de euro wel ziet zitten als alternatieve wereldmunt.
Lees ook:Rusland zal de dollar verlaten (2011)
Conclusie
Met de komst van de euro is er eindelijk een alternatief gekomen voor de Amerikaanse dollar, waarmee de dominantie van de Verenigde Staten ingeperkt kan worden. Na de Tweede Wereldoorlog werd al er snel gesproken over een Europese muntunie, omdat dat vrede en veiligheid in Europa zou bevorderen. Maar pas toen de dollar werd losgekoppeld van goud en de waarde van de dollar kelderde werd er vaart gemaakt met het ontwikkelen van een alternatieve wereldmunt.
Ruim vijftien jaar na de introductie van de euro kunnen we constateren dat het draagvlak voor de munt sterk is toegenomen en dat de euro een belangrijke rol kan spelen in de transitie van een dollarsysteem naar een monetair systeem waarin verschillende munten gebruikt worden in het internationale handelsverkeer.
Het stimuleringsprogramma van de ECB heeft niet alleen binnen de Eurozone een stimulans gegeven aan de kredietverlening, maar ook daarbuiten. Dat schrijft de Bank for International Settlements (BIS) in een nieuw rapport dat afgelopen zondag werd vrijgegeven.
Analisten van de bank der centrale banken, zoals de BIS ook wel genoemd wordt, merken op dat de kredietverlening in euro’s buiten de muntunie in het eerste kwartaal van vorig jaar een flinke impuls kreeg. Dat was hetzelfde kwartaal waarop de ECB begon met haar omstreden monetaire stimuleringsprogramma.
“De kredietverlening in euro’s van Zwitserse banken aan Poolse bedrijven en huishoudens kan beïnvloedt worden door het monetaire beleid van de ECB, ondanks het feit dat geen van deze twee landen onderdeel is van de eurozone”, zo merkten onderzoekers Onderzoekers Stefan Avdjiev, Agne Subelyte en Elod Takats op.
“Gezien de uitzonderlijke maatregelen die centrale banken de afgelopen jaren genomen hebben en het grote percentage aan leningen die over de grens verstrekt zijn in een vreemde valuta, concluderen wij dat beleidsmakers goed in de gaten moeten houden in welke valuta er geleend wordt. Dit kan namelijk iets zeggen over de potentiële impact van het monetaire beleid, zowel in de eigen economie als in het buitenland.”
Banken buiten Eurozone verstrekken meer kredieten in euro (Bron: BIS)
Lenen in euro’s
De vraag naar kredieten in euro’s steeg in het eerste kwartaal van 2015 met 5,6%, bijna vier keer zoveel als de kredietgroei in andere valuta. Vooral in ontwikkelde economieën was er een duidelijke voorkeur om te lenen in euro’s in plaats van andere valuta. Door het soepel monetaire beleid van de ECB kunnen banken goedkoper leningen in deze valuta aanbieden. Daar komt bij dat de waardedaling van de euro ten opzichte van andere valuta het aantrekkelijker heeft gemaakt om kredieten in deze valuta af te sluiten.
De BIS concludeert in haar rapport dat de dollar geen monopoliepositie meer heeft als zogeheten ‘funding currency’, maar dat de euro nu ook marktaandeel opeist in de kredietverlening buiten de Eurozone. “De bevindingen uit dit rapport komen overeen met opkomend bewijs dat de euro een aantal eigenschappen van de Amerikaanse dollar overneemt als wereldwijde financieringsmunt.”
Rusland bereidt zich al jaren voor op het tijdperk na de dollar. In elk geval zit het land niet stil om toe te kijken hoe de Amerikanen hun tekorten kunnen blijven financieren met geld uit het buitenland en met geld dat door haar eigen centrale bank bijgedrukt wordt. In deze video uit 2011 legt de Russische president Poetin uit hoe de roebel de dollar zal vervangen.
“Voor wat betreft onze collega, de Verenigde Staten “waar alles prima gaat”, wij weten wel beter… Kijk naar hun handelsbalans, het begrotingstekort en de schulden in de Verenigde Staten. Dit hebben we niet in ons land en ik hoop dat we dat ook nooit zullen hebben. Maar het is simpel hoe zij ermee omgaan, ze zetten de geldpers aan en staatsobligaties worden gekocht. Wat zijn staatsobligaties? Dat is de directe financiering van de overheid. Simpelweg geld drukken.
En vervolgens verspreiden ze dit geld over de hele dollarzone, en de dollarzone, dat is de hele wereld. Wij kunnen ons dit soort gedrag niet permitteren. En we zullen die kans niet krijgen, tenminste niet in de nabije toekomst. Maar mijn hoop is dat we zullen doorgaan onze nationale munt te versterken, zodat onze valuta de reservemunt wordt voor onze regio in de wereld.”
Van dollar naar roebel
“We zien dat, tenminste in het tijdperk na de Sovjet-Unie, de roebel steeds sterker is geworden en dat die in sommige gevallen al de wereldreservemunt aan het worden is. Vandaag de dag vragen onze Oekraïense handelspartners al om olie en gas in roebels af te rekenen. Met Wit-Rusland, om een ander voorbeeld te geven, wordt al 80 tot 90 procent van alle elektronische betalingen in roebels gedaan.
Dit is het begin van Rusland als financieel centrum. Dit is wat we binnen de regering bespreken, het is niet zomaar een proefballonnetje. We gaan deze richting op en bereiken echte resultaten, laat ik dat maar eens benadrukken. Dit is heel erg belangrijk – langzaam, stapje voor stapje. Als een kip die een voor een de zaadjes wegpikt.”
Vanavond heeft het IMF officieel de Chinese yuan aan de SDR – het mandje van valuta dat momenteel is opgebouwd uit dollars, euro’s, Britse ponden en Japanse yen – toegevoegd. Ook mag de yuan nu formeel een wereldmunt genoemd worden. Het is vooral een symbolisch besluit, aangezien centrale banken maar een heel klein deel van hun valutareserve in deze vorm aanhouden.
Voor China is het een kleine stap vooruit richting de internationalisering van de yuan, omdat de acceptatie door het IMF wereldwijd meer erkenning en status geeft aan een valuta die steeds vaker wordt gebruikt in het internationale betalingsverkeer. De Chinese yuan bereikte in augustus nog de vierde plaats op de ranglijst van meest gebruikte valuta in het internationale betalingssysteem en de verwachting is dat de munt de komende jaren verder aan terrein zal winnen.
Yuan als wereldhandelsmunt
De afgelopen jaren heeft de centrale bank van China al verschillende valutaswaps opgezet om het gebruik van haar munt te promoten. Ook heeft ze met verschillende landen afspraken gemaakt om de onderlinge handel met eigen valuta gemakkelijker te maken. Toch is de munt nog steeds niet zo gangbaar als de dollar, de munt die door het structurele handelsbalanstekort van de Verenigde Staten bij bijna alle centrale banken op de balans staat.
Volgens insiders krijgt de Chinese munt een weging van slechts 10,92 procent in de SDR, terwijl de Amerikaanse dollar en de euro in de nieuwe samenstelling een gewicht hebben van respectievelijk 41,73% en 30,93%. De yuan is nu al geaccepteerd als nieuwe munt in het valutamandje, maar deze zal er effectief pas op 1 oktober 2016 in opgenomen worden.
China moet financiële markten openstellen
Met de acceptatie door het IMF is China er nog niet, want volgens Christine La Garde van het IMF moet het land nog een aantal financiële hervormingen doorvoeren. Zo moet de regering haar kapitaalmarkt verder openstellen voor buitenlandse investeerders en moet de centrale bank de munt meer vrij laten bewegen ten opzichte van andere valuta en moet ze de markt meer ruimte geven door minder vaak te interveniëren.
De Chinese yuan is opgenomen in de SDR (Tabel via Zero Hedge)
De Chinese autoriteiten en het Internationaal Monetair Fonds zijn dicht bij een akkoord over de acceptatie van de Chinese yuan als nieuwe wereldmunt. Dat betekent dat de yuan meer erkenning zal krijgen als handelsmunt en dat deze samen met de dollar, de euro, het Britse pond en de Japanse yen wordt opgenomen in het mandje van valuta waar de SDR door gedekt wordt.
De afgelopen tien jaar heeft de Chinese centrale bank stapsgewijs haar financiële markt opengesteld voor het buitenland. Sinds 2005 laat de centrale bank van China de waarde van de munt langzaam stijgen ten opzichte van de dollar en de laatste jaren stimuleert China het gebruik van de yuan in internationale handel door valutaswaps af te sluiten met andere centrale banken en door meer clearing banks te openen buiten de Aziatische regio. Ook heeft China verschillende landen al beperkte toegang gegeven tot de Chinese kapitaalmarkt en laat ze steeds meer buitenlandse banken toe op de binnenlandse markt.
De baas van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) Dominique Strauss-Kahn wil het internationale monetaire stelsel snel hervormen. In een speech die hij in Washington hield, pleit hij voor een grotere rol voor de Special Drawing Right (SDR) als valutareserve. Strauss-Kahn waarschuwt voor een nieuwe crisis. Doordat wereldwijd de geldpersen voor nieuwe liquiditeiten zorgen, vliegt het kapitaal de wereld over. Dit zorgt voor een enorme beweeglijkheid van financiële markten en dat brengt risico met zich mee.
De SDR is overigens geen gewone valuta; het bestaat niet als een betaalmiddel voor bedrijven of consumenten. Feitelijk is het een boekhoudkundige valuta-eenheid waar landen hun buitenlandse reserve in kunnen uitdrukken. De SDR is een gewogen “valutamandje” die uit de Amerikaanse dollar (41,9%), de euro (37,4%), het Britse pond (11,3%) en de Japanse Yen (9,4%) bestaat. Strauss-Kahn wil dat de Chinese renminbi onderdeel wordt, ook al erkent hij dat hervormingen geleidelijk zullen zijn.